maandag 28 juli 2014

Sigaretten halen 63

Vlak achter De Eindelooze Boschjes lag het terrein van de voormalige Abraham van Clippenberg-kazerne. Een complex van diverse gebouwen waarin alternatieve bedrijfjes en organisaties huisden, zoals de voedselbank en de kringloopwinkel. Maar ook het duistere BensToko.com, dat bij de gemeente geregistreerd stond onder de naam B.L. Van der Linden. De corebusiness van dit bedrijf was noch bij de gemeente noch bij de Kamer van Koophandel bekend. Niet dat er een haan naar kraaide.
Voor de deur van het pand waar BensToko.com was gevestigd, recht boven de kringloopwinkel, stond een zwarte BMW. Binnen zat Benny op een sjofel bankje te bellen.
'Die sukkel neemt zijn telefoon niet op,' zei hij tegen Richard tegenover hem. 'Wij ontvoeren zijn meisje en hij reageert niet eens.'
'Spreek zijn voicemail in, stuur 'm een mail.' Richard peuterde vuil onder zijn nagels vandaan met een mes. Hij was altijd snel met voor de hand liggende oplossingen.
'Heb jij die griet veilig opgeborgen?' Benny keek Richard wantrouwend aan.
Richard knikte. 'Ik ga zo nog even bij d'r kijken. Die gaat echt nergens heen. En ze kan krijsen wat ze wil in die kluis. Geen mens die 'r hoort. Ze heeft een matras van hier beneden en een emmer om op te pissen. Het lijkt wel een hotel. Met mij als roomservice, wie wil dat niet?'
'Je blijft wel van d'r af, duidelijk? Geen geintjes dit keer.'
'O, maak je geen zorgen. Ik ben lief als een lammetje. Hahaha.'


zaterdag 26 juli 2014

Sigaretten halen 62

Hij moest het bewustzijn hebben verloren, want toen hij de ogen opensloeg bevond Fred Janssen zich in een ambulance met loeiende sirene. Een broeder rommelde met apparatuur tot hij zag dat Fred hem aankeek. 
'Ah, daar bent u weer. We maakten ons al zorgen.' 
Fred probeerde overeind te komen. 'Ik moet terug,' mompelde hij, 'ik moet meteen terug. Ze hebben Zus. Het is mijn schuld.'
Pijn vlamde op in zijn voorhoofd. Hij liet zich terugvallen. Zijn ogen draaiden onrustig van links naar rechts.
'We nemen u mee,' sprak de broeder luid, 'u heeft een ongelukje gehad. Weet u dat nog?' 
Weer probeerde Fred rechtop te gaan zitten. 'Ik ga niet mee. Ik wil niet mee. Luister, ze namen Zus mee. Ik kan niet mee.' Er klonk paniek in zijn stem, er stond angst in zijn ogen.
En hij wist niet dat de broeder een injectiespuit morfine prepareerde om hem rustig te krijgen.


vrijdag 25 juli 2014

Sigaretten halen 61

Toeval bestaat. Of toeval bestaat niet. Feit was in elk geval dat Fred Janssen de zwarte BMW van Benny ontdekte voor tabakszaak 'De Rustige Roker'. Juist op dat moment kwam handlanger Richard naar buiten met een slof sigaretten. Als alles mee had gezeten, dan had Fred ze klem gereden. Nu moest hij eerst een rollatorgroep over laten steken op het zebrapad. Ondertussen reed de BMW met gierende banden weg. Wie er in de auto zaten kon Fred niet zien, maar hij had zijn vermoedens. 
'Rot op,' riep hij tegen de bejaardensoos die hem niet konden horen. Zijn driftige gebaren werden door de oudjes uitgelegd als zwaaien. Ze namen de tijd terug te wuiven.
Hij gaf gas en reed met onverantwoorde scnelheid achter de BMW aan die ver vooruit om een hoek verdween. Hij wist waar ze heen gingen, ze waren zo voorspelbaar. Maar hij moest ingrijpen, voordat ze naar binnen konden gaan. Hij zocht iets in het dashboardkastje wat als wapen zou kunnen dienen. Hij vond een schroevendraaier. Terwijl zijn voorwiel de stoeprand vond. De klap was hard. De voorruit had een ster waarlangs een straaltje bloed liep. Fred had geen riem om.


donderdag 24 juli 2014

Sigaretten halen 60

Nadat Fred Janssen zijn badkamer zonder enig teken van leven had aangetroffen moest hij zich aan de tegelmuur vasthouden om niet onderuit te gaan. Hij liet zich zakken op de badrand en staarde naar het heldere badwater dat zachtjes dampte. De spiegel was beslagen en het was benauwd. Fred voelde aan de handdoek op de kruk. Kurkdroog. Hij keek naar de kleding aan de haakjes, de rok, het opengesneden bloesje, het degelijke ondergoed.
Fred was bang en wanhopig. Hoe had hij zo naïef kunnen zijn Zus alleen achter te laten na alles wat er vandaag gebeurd was. Zus was kwetsbaar en de omstandigheden waren gevaarlijk. Hij wist wat er kon gebeuren. De bloedhonden van De organisatie kwamen vroeg of laat terug. Het waren amateurs, maar wel vasthoudende amateurs. Wat hadden ze in hemelsnaam met Zus gedaan? Hij keek nogmaals naar de haakjes. Hoe hadden ze haar meegenomen als haar kleren hier hingen? Hij stond op. Hij moest handelen. Ze konden nooit ver zijn.


woensdag 23 juli 2014

Sigaretten halen 59

Bijleveld was een man met manieren. Hoewel hij dansend en rennend zijn flat had willen doorkruisen op weg naar zijn slaapkamer waar Elly Sprenkelbach Meijer in ontklede staat op hem lag te wachten veinsde hij geduld en liep hij ogenschijnlijk schoorvoetend in de richting van zijn bed. Het was donker overal, maar hij kende de weg. Hoe hij door de woonkamer moest, in hoeveel stappen het halletje was te overbruggen, hoe de stoel in de slaapkamer omzeild kon worden. Toch struikelde hij op het laatste moment over Elly's schoenen die hij niet voorzien had vlak voor het bed. Hij belandde gelukkig zacht op het dekbed, hoewel hij niet kon vermijden ook half bovenop Elly te vallen.
'Loop jij altijd zo hard van stapel?' fluisterde die. Ondanks het tijdstip en de omstandigheden had Bijleveld ad rem willen reageren. Voordat hij wat kon zeggen liet in de woonkamer zijn mobieltje nadrukkelijk van zich horen. Professioneel als hij was, kon hij dat signaal niet negeren. Dit mag wel héél belangrijk zijn, dacht hij toen hij terug rende.
'Bijleveld.'
Iemand zuchtte. Direct daarna klonk: 'Met Fred Janssen spreekt u.'


dinsdag 22 juli 2014

Sigaretten halen 58

Toen Fred Janssen met de geurige en warme plastic zakken Chinees thuiskwam, was het stil in huis. Niet onlogisch misschien, want wat hij kunnen verwachten? Dat Zus Bennekom zingend in bad zat? Dat zij de cd van Slayer had opgezet? Hij zette het eten op het aanrecht en dekte de tafel. Uit de la van de servieskast diepte hij een kaarsenstandaard en kaars op. Het vlammetje wakkerde meteen de perfecte romantische sfeer aan.
'Zus?' Fred wachtte onderaan de trap op reactie. Die uitbleef. Hij liep naar boven. De deur van de badkamer stond op een kier. Was ze in slaap gevallen? Zachtjes tikte hij op de deur. Nogmaals noemde hij haar naam. De badkamerdeur draaide geruisloos open. Op het krukje lag een opgevouwen handdoek, aan de haakjes hing haar kleding, het bad stond vol dampend water.
Zus Bennekom was in geen velden op wegen te bekennen.


maandag 21 juli 2014

Sigaretten halen 57

Voor de tweede keer die dag droeg Fred Janssen Zus Bennekom naar de auto. Anders dan die ochtend voelde het dit keer vertrouwd. Hij kende haar gewicht inmiddels, haar geur en haar tengere postuur. 's Morgens had hij een onbekende van de straat geraapt, nu was het een vrouw met een naam, een stem en een zachte zoete mond. In korte tijd vol stress - met uiteenlopende pottenkijkers in de buurt, van paparazzi via politie tot penose - was een band ontstaan die het bestendigen waard bleek. Zus' ogen, die diep in haar kassen lagen, waren gelukkig weer open. Er lag zelfs een flauwe glimlach om haar bleke lippen.
Terwijl ze naar zijn huis terugreden, controleerde Fred de weg op vermeende achtervolgers. Vooralsnog was er niemand. Voor de zekerheid nam hij wat achterafstraatjes met eenrichtingsverkeer die uitkwamen op de parkeerplaats achter het huis. Daar hees Fred Zus uit de autostoel. Opnieuw hing ze om zijn nek als een aanhankelijk kind. Hij droeg haar door de tuin, over de drempel, de trap op. Met zijn voet duwde hij de slaapkamerdeur open en legde Zus behoedzaam neer als een ruit van enkel glas. Heel even, niet meer dan enkele tellen, dacht Fred aan Martha, die tot voor kort deze kant van het tweepersoonsbed beslapen had. Kippenvel kroop over zijn armen. 
'Ik zet het bad aan, daar knap je van op. En ik haal Chinees. Lust je Chinees? Dat dacht ik al.'
Met bulderend geraas vulde het bad zich met warm water.


zondag 20 juli 2014

Sigaretten halen 56 - intermezzo

Ik wist dat het slecht ging met de boekenbranche, maar ik was nog niemand tegengekomen die erdoor aan de drank was geraakt. Ik zat weer tegenover Harco Harkema, mijn uitgever. Hij had 'm aardig om. Ik rook het, ik zag het, ik hoorde het. Het was elf uur. In de ochtend wel te verstaan. Had ik die reis naar het kantoor van mijn uitgeverij helemaal gemaakt om een gesprek te voeren met een uitgever in kennelijke staat? Ik probeerde oogcontact te maken met de secretaresse die binnenkwam om mijn koffie te brengen. Ze negeerde mij en deed alsof er niets aan de hand was. Ondertussen hing Harkema onderuitgezakt aan zijn bureau en dronk uit een glas met een doorzichtige vloeistof die geen water was.
Ik was een gevierd auteur, verdorie, ik lag in hoge stapels in boekhandels in het hele land. Ik was vertaald, verfilmd, genomineerd. Waar vond je nog schrijvers van mijn kaliber? Dit was toch geen manier van doen. Die Harkema was financieel gezien totaal afhankelijk van mijn schrijfactiviteiten. Hij had me hier met alle egards moeten ontvangen. In plaats daarvan zat ik tegenover een dronkelap. Als hij zou gaan zeiken over mijn nieuwe boek was ik weg.
'Sleil,' lalde Harkema, 'man, je ben 'r. Sgoed zeg.
Ik nam een slok koffie en keek hem strak en streng aan. Voorzover dat ging met dat beweeglijke lijf van 'm.
'Klees je fulliton. Kvolg jop de voet. Stoch best wel eerluk assik aardig ben.' Hij hinnikte kinderlijk en maakte met zijn wijsvingers een kruis. 'Andresom tuurluk. Geen litretuur, uitraard, maar wel leesbaar. Assik vragen mag, Sleil, as juitgever, waars Martha Janzens gbleven?'
Ik gaf hem mijn vuilste blik. Het liefst had ik hem mijn koffie in zijn smoelwerk gesmeten. Maar ik beheerste me. Hij boog naar voren over het bureau. Zijn kegel ging hem vooruit.
'Weet jij wie me favriet is, hè? Elly Berkelbach Sprenkel. Hoe die Bijlveld tussen dlakens krijgt. Slubtiel, Sleil, slubtiel. Sigaretten halen, rrretegoed, man.'



zaterdag 19 juli 2014

Sigaretten halen 55


Opgerold op zijn lederen tweezitter droomde Bijleveld een erotisch tafereeltje waarin hij werd nagezeten door een schaars geklede vrouw wier gezicht opvallend veel gelijkenis vertoonde met Martha Janssen. Bijleveld rende rond in niet meer dan een boxershort en een lege schouderholster. Dat het dienstwapen ontbrak, bleek pas toen hij had willen schieten. Waarop of op wie bleef ongewis, zoals dat wel vaker voorkomt in dromen. Martha Janssen, in niet meer dan te verwaarlozen lingerie, rende als een hertje, terwijl ze Bijleveld bekogelde met bibliotheekboeken. Ze riep iets wat hij eerst niet verstond. Hoe vaker ze het riep, hoe duidelijker tot hem doordrong wat ze zei. ‘Dagobert,’ riep ze, ‘Dagobert, Dagobert.’ En ondanks dat hij zijn pas versnelde, lukte het Martha haar hand op zijn schouder te leggen. Toen hij stopte met rennen en Martha tegenover hem kwam te staan - maar was het Martha wel? – vingen ze direct aan met hartstochtelijk kussen.
Bijleveld schrok wakker, omdat Elly Sprenkelbach Meijer op de leuning van de bank plaatsnam. ‘Bijl,’ fluisterde ze, ‘Bijl, ben je wakker? Waarom lig je hier? Ik bedoel, het bed is groot genoeg. Ik bedoel, ik heb het koud.’ Haar hand gleed even door Bijlevelds haar. Hij was moe, maar klaarwakker. In de schemering zag hij Elly’s naakte contouren.

vrijdag 18 juli 2014

Sigaretten halen 54

Urenlang spraken Elly en Bijleveld de zaak Martha Janssen door. De grote vellen aan de muur raakten voller en voller met Bijlevelds regelmatige aantekeningen. Tot in de vroege uurtjes waren ze bezig, scherp als altijd, maar allengs en onvermijdelijk vermoeider en vermoeider. Tegen vieren overviel Bijleveld een gaapaanval die zo aanstekelijk werkte dat ook Elly voor de bijl ging.
'Bijl,' geeuwde Elly, 'we zijn nog lang niet klaar, maar we moeten even onze rust pakken.' Ze hield haar hand voor haar mond om de volgende gaap op te vangen. 
Ook Bijleveld geeuwde weer. Hij knikte loom, zijn mond wijd opengesperd, zijn ogen gesloten.
'Kan ik hier ergens pitten? Ik heb geen zin meer om naar huis te gaan. Deze bank is goed.' Zonder het antwoord af te wachten liet Elly zich languit vallen op de zwartleren tweepersoonsbank. Ze draaide zich op haar zij en trok haar benen op. In die foetushouding was zij zo in slaap geweest als Bijleveld haar niet op de schouder had getikt. 
'El, laat mij hier maar. Neem jij het bed. Ik leg er schone lakens op. Nog even wakker blijven.' Bijleveld was van de oude stempel, hij dacht te weten hoe het hoorde.
Onder normale omstandigheden had Elly zeker geprotesteerd. Dit soort voorstellen vond ze echt onzin. Waarom zou hij zijn bed opofferen, wat was dat voor galante, vrouwenemancipatie ondermijnende kolder? Maar nu stond ze voor ze het wist half in slaap gesukkeld leunend tegen de deurpost van Bijlevelds slaapkamer, kijkend naar hoe hij het bed verschoonde. Ook al zulke onzin, want als ze dan toch in zijn bed mocht liggen, dan had ze ook de lakens met zijn slaapluchtje willen ruiken.
'Zo,' zei Bijleveld en hij gaapte luidruchtig. Hij doofde het grote licht en knipte het nachtkastlampje aan. 'Welterusten dan maar.' Hij maakte dat hij weg kwam toen hij zag dat Elly zich zonder gêne begon uit te kleden. Maar voor hij de deur sloot, keek hij even om het hoekje. Langer dan strikt noodzakelijk.


donderdag 17 juli 2014

Sigaretten halen 53

'Laten we bij het begin beginnen,' zei Bijleveld. Hij stond met een dikke stift in de aanslag bij het meest linker vel. Onder de foto van Martha Janssen noteerde hij in blokletters "vermist sinds 30 mei 2008" en "voor het laatst gesignaleerd toen zij boeken haalde bij de openbare bibliotheek vestiging Kamperfoelieplein". 
'Ho even.' Elly Sprenkelbach Meijer stak haar hand op. 'Klopt dat wel? Is zij daadwerkelijk gesignaleerd bij de bieb? Er zijn boeken gehaald op haar pas, maar wie heeft gezien dat het daadwerkelijk Martha Janssen was? De vingerafdrukken op de teruggevonden boeken waren van haar man.'
Bijleveld knikte. Elly had gelijk. Hij baalde. Als hij ergens een hekel aan had, dan was het wel een overzichtelijk schema waar meteen al in gekrast moest worden. 
'Ik zet er een vraagteken bij, oké? En dan schiet me nog iets te binnen.' Hij pakte zijn aantekenboekje en zocht de notities van die ochtend terug. Daar stond het. Hij las het voor: 'Fred Janssen en Zus Bennekom beweren dat Fred de boeken heeft gehaald op de kaart van Martha, zodat hij een reden zou hebben om Zus te ontmoeten. Ze zeiden, of in elk geval die Zus Bennekom zei dat, dat ze een relatie hebben.'
'Als dat zo is, dan is er mogelijk een verband met Martha's verdwijning.' Elly dacht na. 'Hangen er bij het Kamperfoelieplein geen camera's? Dat zal toch haast wel?'
Bijleveld knikte. 'Die hangen er. Sinds de overval op de snackbar een half jaar geleden. Ingang van de bibliotheek, de winkels van het plein, de parkeerplaats, alles is gedekt.' 
'Dan moeten we daar eerst werk van maken.' Elly knikte tevreden. 'Dat is de eerste klus voor Taco.'




woensdag 16 juli 2014

Sigaretten halen 52

Tussen Bijleveld en Elly Sprenkelbach Meijer waren aardig wat overeenkomsten. Beiden woonden in een nieuwbouwappartement. Bijleveld aan de zuidkant van het dorp, Elly in het centrum. Beiden waren de jongste uit een gezin met twee kinderen. Elly had een oudere broer, Bijleveld een oudere zus. Zowel Bijleveld als Elly waren in de tweede helft van de dertig, hadden geen partner en geen kinderen. Allebei werkten ze systematisch, zorgvuldig en betrouwbaar en waren ze behoorlijk ambitieus. Niet dat ze zozeer uit waren op hogere functies binnen de politiewereld, meer dat ze van elke zaak een succes wilden maken. Ze beten zich vast, lieten niet meer los en losten, statisch gezien, vaker dan collega's misdrijven op. Overigens waren er natuurlijk ook verschillen tussen de hechte politiepartners. Zo was Bijleveld gek op vis, terwijl Elly daar van gruwde. Zij neigde meer naar vegetarisch en dat vond Bijleveld weer onzin. Elly stemde Groen Links, Bijleveld D66. Hij hield van politieseries op tv, zij van romantische speelfilms. En Bijleveld was natuurlijk een man en Elly niet. Dit had overigens nooit geleid tot een relatie die verder ging dan vriendschap, hoewel beiden hetero waren. Terwijl Bijleveld Elly toch een aantrekkelijke vrouw vond. En die aantrekkelijkheid was wederzijds.
Die avond kwamen ze bij elkaar in Bijlevelds huis. In zijn woonkamer had hij vier vellen papier A2-formaat aan de muur gehangen bedoeld om de zaak Martha Janssen overzichtelijk in kaart te brengen. Op de linker had hij met een dikke stift in hoofdletters de naam van de vermiste geschreven en daaronder had hij een portret van haar geplakt. Martha keek er een beetje nors op, alsof ze niet op een foto wilde die zou worden opgehangen bij een wildvreemde.
Elly keek naar Bijleveld die nog even het plakband aandrukte van een van de bladen die was losgekomen. Hij droeg een zwart overhemd op een spijkerbroek. Het stond hem goed. Bijleveld, dacht ze. Wat raar eigenlijk dat ze zijn voornaam niet kende.


dinsdag 15 juli 2014

Sigaretten halen 51

'Luister, Taco,' fluisterde Elly Sprenkelbach Meijer in de tuin bij Turlings,'ik wil jou niet in een lastig parket brengen. Turlings heeft bepaald dat jij een taak hebt in de zaak Martha Janssen. Daar zijn Bijleveld en ik nogal pissed over. Want het was onze zaak, weet je. Jij kan daar allemaal niets aan doen. Het heeft te maken met afgunst, kinnesinne en oud zeer. Turlings wil de eer opstrijken door jou het werk te laten doen. Bijleveld en ik weten dat het Martha Janssen-dossier allerlei haken en ogen heeft die niet te voorzien waren, maar die zo complex zijn dat jij er alleen maar kopje onder in kan gaan. Bovendien kan ik me zo voorstellen dat je het al druk genoeg hebt met je normale stageopdrachten. Kort en goed, wat Bijleveld en ik graag zouden willen is dat jij zo goed en zo kwaad als het gaat dingetjes voor Turlings doet in de zaak Janssen, maar dat je die gegevens ook aan mij doorspeelt. Maak jij een goede beurt bij Turlings en kunnen wij verder met dit dossier. Uiteraard mag Turlings niets weten van onze contacten. Deal?'
Taco Stutterheim keek Elly zichtbaar opgelucht aan. Hij knikte. Toen Elly haar hand op zijn schouder legde, sprongen er zelfs tranen in zijn ogen. Het was een gevoelige jongen. Een lieverd. Elly wist dat ze van hem op aan kon.
'Dankjewel. Ik ga nu weg. Wat doe jij?'
'Ja, ik weet het even niet. Denk je dat het verstandig is om met Turlings de sauna in te gaan. Jaag ik 'm anders misschien tegen me in het harnas? Waarom wil hij dat eigenlijk?'
Elly schudde haar hoofd om zoveel naïviteit. Die jongen moest nog veel leren.


maandag 14 juli 2014

Sigaretten halen 50

'Zus, zus!' De vingers van Fred Janssen gingen trillend over de huid van het lijkbleke gezicht van Zus Bennekom. Haar ogen waren gesloten, haar mooie rode haar lag warrig over het tapijt. Ze gaf geen sjoege. Nutteloze associaties borrelden in Freds hersenpan omhoog. Aan sprookjes dacht hij, aan vrouwen in sprookjes en hun lot. Zus lag erbij als Doornroosje die 100 jaar sliep, als Sneeuwwitje na het eten van de appel, als Roodkapje met rood haar in plaats van rood kapje. 
De gebeurtenissen waren gruwelijk geweest. Het was zo spijtig, nooit had hij deze onschuldige vrouw willen betrekken in zijn zaakjes, het wereldje van de penose, de subcultuur die criminaliteit heette. Zichzelf trouwens ook niet. Hij wilde gewoon rust, een lieve, toegewijde vrouw, kinderen, fijn werk. Maar run maar eens een autobedrijf in tijden van crisis. Uit nood had hij foute keuzes gemaakt en zich ingelaten met verkeerde mensen.
God, wat een sukkel was die Benny, die selfmade maffioso in zijn zwarte pak, de godfather was er niets bij. En dan die dombo van een Richard met z'n mes. Hepie en Hepie, Dumb en Dumber. Te stom om voor de duvel te dansen. Maar link, bloedlink, vooral die messentrekker. In één haal had hij Zus' bloesje opengehaald met de stiletto. De knoopjes waren Fred om de oren gesprongen. De krijs van Zus was zo vreselijk geweest dat de heren hals over kop de deur uit waren gerend. 
'Je hebt 'r toch niet geraakt!' had hij Benny horen schreeuwen.
Voor de tweede keer die dag lag Zus op de grond. Zo op het oog ongekwetst, maar wel in haar hemd gezet. Discreet trok Fred het bloesje dicht. Voorzichtig kuste hij Zus op haar lippen. Als een prins. Het verbaasde hem dat ze niet meteen haar ogen opendeed.



zondag 13 juli 2014

Sigaretten halen 49

Toen Edwin Soepboer bijkwam, duurde het even eer hij zich realiseerde waarom hij languit in het struikgewas lag met zijn gezicht in de tuinaarde. Zijn hoofd voelde als een waterballon die op knappen stond. Met zijn tong liep hij langs zijn gebit. Alles zat nog vast, maar de weke smaak van bloed vulde zijn mondholte. Het viel niet mee overeind te komen met de zware camera en telelens om zijn nek. Op het moment dat hij op handen en knieën zat, klonk binnen een ijselijke kreet. Het moest die vrouw zijn. Dit kon sensationele beelden opleveren. Hij moest snel handelen, het moment suprême vastleggen. Het werd voorpaginanieuws, foto's in full color en teksten in chocoladeletters. Met moeite trok hij zich omhoog aan een struik, hield zich overeind tegen de muur en bracht zijn camera in stelling. Het ging te snel allemaal, het duizelde hem, al wat hij zag was wazigheid. Hij hoorde rennende voeten, autoportieren dichtslaan, gierende banden. Daar ging zijn hoogtepunt. Opnieuw ging hij languit. Het fototoestel kletterde op de stenen. Zijn laatste gedachte voor hij het bewustzijn weer verloor, was: dat ding is toch wel verzekerd?


zaterdag 12 juli 2014

Sigaretten halen 48

Gealarmeerd door het geluid van de opengaande voordeur van het pand ontworstelden Fred Janssen en Zus Bennekom zich zo goed en zo kwaad als het ging aan hun innige verstrengeling. Nog voor zij hun kleding hadden kunnen fatsoeneren werd de deur van het kantoor opengesmeten. Een gedrongen man met een kaal hoofd stapte binnen, direct gevolgd door een lange magere man in een gitzwart pak en dito haar. Zus had niet veel ervaring met mannen, maar het was duidelijk dat dit twee engerds waren. Discreet afgewend knoopte ze haar bloesje dicht. Dit had zij weer. Had ze eindelijk een man gevonden met wie de daad aanstaande was, vielen er gure kerels binnen. Ook Fred leek onder de indruk van die lui. Hij was wit weggetrokken en haalde zenuwachtig een hand door zijn haar. 'Benny,' hoorde ze hem mompelen.
'Benny, ja.' Het was degene in het zwarte kostuum die sprak. Hij had een verrassend hoge stem. Hij had zich op nog geen halve meter voor Fred opgesteld. Op zijn pokdalige gezicht lag een valse grijns.
'Ik dacht, laat ik 's gaan kijken bij Autobedrijf Janssen. Dat is een fatsoenlijke firma, nietwaar. Je verwacht niet dat de directeur op klaarlichte dag ligt te rollebollen met zijn secretaresse. Alsof hij niks beters heeft te doen.'
De kleine kleerkast die bij het raam was blijven staan grinnikte geluidloos. Zijn priemende varkensoogjes waren onafgebroken op Zus gericht. Ze greep Freds hand. De sfeer was dreigend. Er hing iets naars in de lucht. Wat moest dat tuig van Fred?
'Maar je snapt wel, beste Freddy, dat we niet naar Autobedrijf Janssen zijn afgereisd om toe te kijken hoe jij en meisje roodhaar de horlepiep dansen in je kantoortje. Dan kijken we de foto's wel van die paparazzo die kassie wijle in de rododendrons ligt.' Hij haalde luidruchtig zijn neus op en slikte.
'Ik neem aan dat je snapt waarom we hier zijn.' Zijn stem was nog een octaaf geklommen. Zijn compagnon had iets uit zijn zak opgediept. Het was een stiletto die soepel openklapte.



vrijdag 11 juli 2014

Sigaretten halen 47

Edwin Soepboer, de zelfbenoemde sterverslaggever van De Roeptoeter, lokaal sufferdje met regionale ambities, had inspecteur Bijleveld zien vertrekken. Hij had zich verdekt opgesteld in een bosje vanwaar hij ook zicht hield op de ruimte waar Fred Janssen en Zus Bennekom in omhelzing achterbleven. Dat leverde interessante plaatjes op. De halve meter telelens registreerde de handtastelijkheden bij Autobedrijf Janssen tot in detail. De journalist wist meteen dat niet elk plaatje geschikt zou zijn voor de behoudende Roeptoeter, maar voor ergens op een compromisloze website waren ze mateloos bruikbaar. Waarismarthajanssen.com of zoiets. Deze beelden spraken voor zich. Die twee daarbinnen hadden zich moeten ontdoen van die Martha, zodat ze ongestoord hun gang konden gaan. Was het niet zo dat meer dan 50% van alle misdaden een crime passionel betrof? Hij zag de krantenkop van zijn artikel al voor zich: "Martha Janssen slachtoffer van crime passionel?". Of misschien zonder vraagteken, want hij was toch zeker heel zeker van zijn zaak? Dat voelde hij aan zijn water. En 'speaking of which' zocht hij een boom op om tevreden tegenaan te plassen. Ondanks dat de bezigheid al zijn concentratie vergde, hoorde hij achter zich een takje kraken. Terwijl hij halfslachtig achterom probeerde te kijken trof iets hards hem vol tegen de zijkant van het hoofd. 


donderdag 10 juli 2014

Sigaretten halen 46

'Voor een biertje vind ik het nog te vroeg, maar koffie gaat er wel in.' Niet alleen commissaris Turlings viel bijna van zijn stoel toen Elly Sprenkelbach Meijer opeens de tuin in kwam, ook Taco Stutterheim keek verschrikt om. Het was inderdaad een verrassingsaanval waarmee Elly Turlings direct klem wilde zetten. Eens kijken hoe hij zich hieruit ging redden.
'En over die sauna gesproken, daar maak ik graag gebruik van. Is het vanavond voor gemengde groepen of mag ik bij de mannen? En ik stel voor dat we hier in de tuin eerst over koetjes en kalfjes keuvelen en op zolder zaken doen omtrent de spoorloos verdwenen mevrouw Janssen. Zonder kleren hebben we ook geen verborgen agenda's. Nietwaar Turlings?'
Bij Turlings parelden de zweetdruppels op het voorhoofd. Hij had nog geen woord gezegd en leek met een stomheid geslagen van bijna bijbelse proporties. De stagiair keek ondertussen ongemakkelijk de tuin rond, alsof hij op zoek was naar de snoeischaar om de eerste de beste struik onder handen te nemen. De stilte die volgde bleef genadeloos hangen tussen de weelderige begroeiing.
'Ik ga maar even zitten.' Elly's toon was nog steeds smalend. Ze nam plaats op de teakhouten bank naast Taco en hield haar ogen gericht op de commissaris. Die draaide zijn hoofd in de richting van de openstaande achterdeur waarachter zich de keuken moest bevinden. Waar het bier was en ongetwijfeld het apparaat waarmee koffie gemaakt kon worden. Het was alsof Turlings zich dat opeens herinnerde. Hij stond op en zette een paar passen op het tuinpad. Daar leek hij zijn verloren tong terug te vinden.
'Elly Sprenkelbach Meijer,' kraste hij schor, 'jij moet verdomd goed uitkijken.'


woensdag 9 juli 2014

Sigaretten halen 45

Hoewel Elly Sprenkelbach Meijer nooit eerder bij commissaris Turlings thuis geweest was, wist ze feilloos zijn twee-onder-een-kap te traceren. Die speurdersneus liet zich ook in de vrije tijd niet uitzetten. De herenfiets in de voortuin moest van de stagiair zijn. Ze zette haar exemplaar ernaast en belde aan. Elly was nieuwsgierig naar het ongetwijfeld verblufte gezicht van haar leidinggevende als hij zou ontdekken dat zij op de stoep stond. Ze zou hem krijgen, die eikel. Wat dacht hij wel. Haar en Bijleveld van de zaak halen, een stagiair het werk laten doen en zelf met de eer gaan strijken. Nogal naïef trouwens om te denken dat het zo zou lopen. Wat een onderschatting van de complexiteit van het dossier Martha Janssen dat toch echt alleen opgelost kon worden door ervaren mensen zoals Bijleveld en zijzelf.
De voordeur bleef gesloten. Elly belde nog eens aan, langer dit keer. Glurend door het erkerraam meende ze iemand in de achtertuin te zien. Nu de regen opgehouden was, kon je daar waarschijnlijk heerlijk in de avondzon zitten.
Langs het huis liep een slopje naar achteren. Elly naderde een tuin omgeven door een manshoge ligusterhaag waarachter ze stemmen hoorde. De zware bromstem van Turlings en de jongenstenor van Taco Stutterheim. Ze hield haar pas en adem in om te luisteren naar wat er werd gezegd. Beroepsdeformatie. Ze fronste haar wenkbrauwen toen ze Turlings hoorde zeggen: 'Zo Taco, dan spreken we even die vermissing door onder het genot van een paar biertjes en dan maken we de zaak af in de warmte van mijn sauna op zolder. Kom je wel vaker in de sauna?'



dinsdag 8 juli 2014

Sigaretten halen 44

Zo simpel kon een politieklus dus zijn. Je las je goed in, bezocht de plaats delict, gaf je ogen goed de kost en ving een zedendelinquent op heterdaad. In dit geval met de onderbroek nog in zijn jaszak. Meer dan dat had Bijleveld in feite niet gedaan. Hij was zelf ook verrast over de eenvoud. Als alle zaken op bureau Beeklaan zo snel en makkelijk tot een goed einde werden gebracht, dan konden ze de tent wel sluiten. Inclusief recreatiezaal waar de pingpongbal onafgebroken tikte.
'Kijk 's, meneer Van Bijleveld, dat heb u wel verdiend.' Bijleveld kreeg koffie met een rondo van koffiejuffrouw Carla van Zetten van wie de collega's zeiden dat ze zo'n lekker balletje sloeg. 'U ben hier nog maar net of u heb die viezerik van de Eindelooze Boschjes ingerekend. Petje af, hoor. Als u wil, kunnen we aan het einde van de middag samen een balletje slaan. Volgens mij staat u uw mannetje aan de pingpongtafel.'
'Zeg maar je hoor, Carla, zeg maar Bijleveld. Gewoon Bijleveld, net als Morse, weet je wel, van tv. En dank voor de traktatie. Maar of er van tafeltennissen komt, vraag ik me af. Ik ga eerst dat menneke 's aan de tand voelen nu zijn arrestatie nog vers is.'
'Nou mot ie een keer echt met de billen bloot, meneer Van Bijleveld, ik bedoel meneer Bijle... eh, Bijleveld.' Ze lachte kakelig. Ook Bijleveld kon een glimlach niet onderdrukken. 
In verhoorkamer 1 zat de exhibitionist. Meer dan een wit hemd en dito onderbroek had hij niet aan. Hij leek niet onder de indruk van de situatie. Nog voor Bijleveld iets vragen kon, fluisterde hij: 'Ik weet iets over de zaak Martha Janssen wat jij niet weet.'

maandag 7 juli 2014

Sigaretten halen 43

De potloodventer van de Eindelooze Boschjes had viermaal toegeslagen. Drie keer in de buurt van de Ven, het watertje van de Eindelooze Boschjes, en eenmaal aan de noordrand van het park. De slachtoffers, allen vrouw en hondenuitlater, hadden bij de daderomschrijving unaniem aangegeven dat het ging om een gemaskerde man in een lange mosgroene regenjas die bij het passeren werd opengeslagen. Niet zozeer deze vleselijke openbaring had schrik aangejaagd - de vrouwen waren wel wat gewend naar eigen zeggen - maar het masker, een portret van premier Jan Peter Balkenende, des te meer. Een van de slachtoffers had bij de aangifte zelfs aangegeven dat het ontblote onderlijf haar in eerste instantie was ontgaan, omdat ze alleen maar oog had voor het gezicht van de minister-president.
Bijleveld besloot zelf een kijkje te gaan nemen bij de Eindelooze Boschjes. Het was niet meer dan een gecultiveerd parkje met brede grindpaden en gemaaide grasvelden. Die potloodventer had zich schuil moeten houden in de schaarse bossages of achter de schamele berkjes aan de noordkant van de Ven, een plas waarin een zelfmoordenaar moeite zou hebben zichzelf te verdrinken. Noem het toeval, maar toen Bijleveld uitkeek over de rimpelloze Ven, zag hij iemand lopen in een groene regenjas. Toen Bijleveld kierde om scherper te kunnen zien, ontdekte hij dat de persoon in het groen blote benen had. Hij versnelde zijn pas. De groene regenjas deed hetzelfde.


zondag 6 juli 2014

Sigaretten halen 42 - introspectief

Het op de kop af zes weken durende feuilleton 'Sigaretten halen' vergt veel. Van lezer en schrijver. Maar er zijn grotere prestaties geleverd in het bestaan van de mensheid. Denk aan de Chinese muur, die zelfs te zien is vanuit de ruimte. Denk aan de uitvinding van de peniciline. Denk aan de Sagrada Familia waaraan oneindig lang gebouwd wordt. Denk ook aan de prestaties van het Nederlands elftal op het WK van 2014. Stuk voor stuk sterke staaltjes die niemand voor mogelijk had gehouden. Daarbij valt het lezen en schrijven van een vervolgverhaal, ook al bestaat het dan uit 365 delen, in het niet. Natuurlijk gaat het niet om de kwantiteit. Jammer genoeg zijn hele volksstammen voornamelijk gefocust op hoeveelheid, dikte, lengte, kracht, snelheid, grootte, hoge scores.
De crux zit 'm natuurlijk in de kwaliteit. 'Sigaretten halen' krijgt weliswaar de lengte van precies 365 dagen, maar dat is niet meer dan een overzichtelijk format dat ook uit 12 of 52 delen had kunnen bestaan. Een slecht geschreven verhaal dat 365 afleveringen duurt, is te veel van het goede. Dat kan een schrijver zijn lezers niet aandoen. Dat trekken die lezers niet. Die kunnen tot op zekere hoogte welwillend zijn, ergens houdt het op.
Gelukkig kent 'Sigaretten halen' voldoende personages om je als lezer mee te identificeren of tegen af te zetten. Elk deel heeft een cliffhanger, de ene keer beter geslaagd dan de andere, maar altijd met voldoende spanning, open eindjes of uitdaging om de volgende dag verder te willen lezen. Lastig, maar ook boeiend zijn de verwarrende verwikkelingen en de onvoorziene wendingen die je op het verkeerde been zetten. Er gaan er nog talloze volgen. Maak je borst maar nat, lezer.

zaterdag 5 juli 2014

Sigaretten halen 41

Bureau Beeklaan kende een andere dynamiek dan het hoofdbureau. Het stond midden in een slaperige villawijk waar zelden iets gebeurde. Dat had zijn weerslag op de attitude van het politiepersoneel. Er hing op bureau Beeklaan een uitgesproken relaxte sfeer. Het werktempo was laag, de rugleuningen van de bureaustoelen stonden opvallend achterover en bijna voortdurend klonk het geluid van een tafeltennisballetje. Er werd gepingpongd op bureau Beeklaan, er was zelfs een ladderlijst. Bovenaan prijkte de naam van Carla van Zetten, receptioniste annex koffiejuffrouw, die volgens de verhalen aan de tafel in de kantine een pingpongtechniek hanteerde om een puntje aan te zuigen. 
Bijleveld keek zijn nieuwe werkkring eens rond. Op het eerste gezicht kon hij weinig benulligheid ontdekken. Dit waren collega's die af en toe 'ns een bon uitschreven of 's nachts in actie moesten komen bij een barbecue die in teveel alcoholdecibellen eindigde. En o ja, ze hadden natuurlijk de potloodventer van de Eindelooze Boschjes die nog steeds niet was opgepakt. Dit was de zaak die Bijleveld op zijn bordje kreeg geschoven. Hij nam zich voor die kwestie voor het einde van de werkdag op te lossen. Terwijl de rest nog doorouwehoerde aan de kantinetafel of een balletje sloeg in de recreatieruimte ging Bijleveld aan de slag. Het eerste wat hij deed was het stellen van de rugleuning van zijn stoel.

vrijdag 4 juli 2014

Sigaretten halen 40

Het telefoontje tussen Bijleveld en Elly Sprenkelbach Meijer duurde niet lang. Niet omdat ze elkaar weinig te vertellen hadden. Integendeel. Jarenlange samenwerking in goede harmonie had gemaakt dat een half woord genoeg was om elkaar volledig te begrijpen. Hoewel hun recente ontdekkingen in de zaak Martha Janssen elk begrip te boven gingen.
Had Fred Janssen daadwerkelijk drie boeken bij de bibliotheek gehaald op Martha's naam, zodat hij Zus Bennekom kon ontmoeten? Nogal omslachtig. En waarom lagen die boeken en de biebpas dan in de container naast Autobedrijf Janssen?
Maar het grootste mysterie had Elly ingebracht: de Ford Fiësta van de ramkraak met in de achterbak dezelfde drie boeken als in de container waren aangetroffen.
'Ik ben in de war, Bijl,' zuchtte Elly door de telefoon.
'Anders ik wel, El,' antwoordde Bijleveld. 'Vanavond 8 uur bij jou?'
'Dat wordt later. 10 uur, oké? Ik moet eerst langs bij Turlings'
'Turlings?'
'Ik leg het je nog wel uit, Bijl, tot vanavond.'


donderdag 3 juli 2014

Sigaretten halen 39

De verkreukelde Ford Fiësta van de ramkraak op juwelier Tetteroo stond verlaten op het achterterrein van het politiebureau. De voorkant was in elkaar geschoven als een harmonica. De technische recherche had de wagen afgesloten met een geïmproviseerd slot dat Elly Sprenkelbach Meijer, routinier als ze was, met een haarspeld in een mum van tijd openkreeg. Het rook bedompt in het karretje, alsof de laatste berijders ongewassen naar hun klus waren gereden. 
Elly wist niet precies waarnaar ze op zoek was. Eerst keek ze voorin. Er lag een cd van de Talking Heads in het dashboardkastje en een aangebroken pakje zakdoekjes. Ook op de achterstoelen was niets bijzonders te zien. Veel grijze haren, waarschijnlijk hondenharen. Toen opende ze  de achterklep. Er lag een oude deken. Met een bobbel eronder. In het rapport dat ze zonet aan haar bureau had gelezen had gestaan wat ze aan zou treffen: drie boeken. Meer stond er niet. Geen titels, geen auteurs, geen genres, niets. Een beetje karig dus. Een onvoldoende voor de heren van de technische recherche. Die gingen niet tot het gaatje. Elly Sprenkelbach Meijer wel. Ze was adequaat, consciëntieus, doortastend, zorgvuldig en volledig. En dat wist ze van zichzelf. Daarom was ze ook zo woedend dat haar baas Turlings haar van de zaak Martha Janssen had afgehaald. Met haar capaciteiten had ze die verdwijning binnen de kortste keren opgelost. Samen met Bijleveld natuurlijk, met wie ze een gouden duo vormde. Professioneel gezien dan. 
Ze trok de deken weg en zag de boeken. Drie bibliotheekboeken. Bovenop lag de roman 'Toyboy'. Elly moest zich even vastgrijpen aan de openstaande achterklep.



woensdag 2 juli 2014

Sigaretten halen 38

De middag voordat Elly Sprenkelbach Meijer naar het huis van commissaris Turlings fietste, had ze zich noodgedwongen moeten buigen over het papierwerk van de ramkraak op juwelier Tetteroo in de Voorstraat. Die zaak leek ogenschijnlijk zo klaar als een klontje. Een zwarte Ford Fiësta had zich in de vroege ochtend van 5 juni in de gevel van de winkel geboord waardoor een mans groot gat was ontstaan in het metselwerk. Via die opening hadden de daders - twee mannen met bivakmutsen volgens getuigen - hun slag geslagen. De gevel van het winkelpand had zijn beste tijd gehad, zo bleek uit het onderzoek. Al voor de ramkraak dus. 'Hier had je zelfs met een flinke hamer je weg naar binnen kunnen slaan,' had de bouwdeskundige opgemerkt, 'die muur is zo bros als een rijstwafel.' Het metalen rolluik voor de etalage bleek steviger dan de gevel zelf. Gezien het feit dat er was ingereden op de muur en niet op het luik kon betekenen dat een en ander was uitgevoerd met de nodige voorkennis. Tot zover op zich nog niets aan de hand, stelde Elly vast. Misschien dat de daders, net als bouwdeskundige, verstand hadden van zwak metselwerk. Het kon ook toeval zijn. Of een stuurfout. 
Maar toen Elly bij de gegevens van het achtergebleven autowrak kwam, fronste zij haar wenkbrauwen. Zij las nog een keer wat ze zonet ook las. De Ford Fiësta stond geregistreerd op de naam Janssen met dubbel s, om precies te zijn op mevrouw M. Janssen, 43 jaar oud.

dinsdag 1 juli 2014

Sigaretten halen 37 - intermezzo

'1 juli, Soleil, ik herhaal: het is vandaag 1 juli. En ik heb nog geen letter van je mogen  ontvangen. Ergo: je hebt nog krap een maand om bij mij een manuscript in te dienen. Anders kun je fluiten naar je geld en ook naar je contract. Want niet inleveren is natuurlijk je reinste contractbreuk.' Aan de telefoon sprak mijn uitgever Harco Harkema. Ik hoefde niet langs te komen, hij zou wel bellen had hij ge-sms't, ik kon mijn reistijd beter gebruiken om aan mijn boek te werken.
'Hoever ben je ondertussen? Kan ik dan misschien alvast een eerste hoofdstukje ontvangen? Ga me niet vertellen dat je zelfs dat niet hebt, Soleil!' Hij klonk geagiteerd. Hij had zich waarschijnlijk flink op zitten winden toen hij ook vanmorgen weer niets van mij in zijn mailbox ontvangen had.
'En dan over die blog van je, die vermaledijde hobby die al je tijd opslokt. Wat een zouteloos gedoe. Dat verhaal deugt van geen kant, die personages komen niet tot leven en er zitten gewoon fouten in. Ja, fouten. Anachronismen bijvoorbeeld. Het ene moment zitten we al in de avond, als die Taco bij Turlings langsgaat, en vervolgens is het de ochtend ervoor als... Nou ja, laat maar zitten. Het hele gedoe is zoveel woorden niet waard. Ga schrijven, Soleil, doe iets nuttigs en kap met die blog. Sigaretten halen, m'n reet!'