dinsdag 12 juni 2007

Voor niets

Vanmorgen vroeg reed ik per fiets naar locatie OE van mijn hogeschool. Er zou daar correctiewerk op mij wachten, zo had ik in een e-mail gelezen.
Het was een lekker tochtje van mijn huis naar deze vestiging, ondanks de motregen. Met stevig doortrappen in 20 minuten te doen.
Nu is OE een beetje desolaat. Collega's of studenten kom je er zelden tegen. Vanochtend was zelfs de conciërge afwezig. Een teken aan de wand, want wat is een school zonder conciërge? Hij opent het gebouw en gaat als laatste weer weg, hij zet koffie en wast af en is ieders steun en toeverlaat. Hij beschikt over voorraden maandverband voor noodgevallen, dozen paracetamol voor pijnbestrijding, whiteboardmarkers per dozijn en over een ontegenzeggelijk gevoel voor humor.
Maar toen ik kwam, was hij er niet. En hij heeft een sleutel, een voor mij onontbeerlijke sleutel, om mijn afgesloten postvak, uitpuilend van de werkstukken, te kunnen openen. Die sleutel zit aan zijn sleutelbos. Die bos zit in zijn broekzak. Het is de enige sleutel.
Wil, waar was je nou?
Nu moest ik onverrichter zake terugkeren naar huis. Door de motregen.

Geen opmerkingen: