donderdag 1 april 2010

Een opbrengstgericht gesprek

‘Met de kennis van nu had ik het toen anders gedaan,’ hoorde ik onlangs iemand herhaaldelijk zeggen. Zo is het maar net.


Als onwetende onbenul ben ik ooit voor de klas begonnen. Met de kennis van nu, vanuit het perspectief van 2010, was ik als startend meestertje een echte nono. “Akte van bekwaamheid voor volledig bevoegd onderwijzer” stond er op mijn diploma. Ja, ja, maar wat is het waard in het licht van 27 jaar voortschrijdend onderwijsinzicht? Nul komma niks. Papier voor onderin de kattenbak. Bij wijze van spreke dan, want ik heb geen kat.

Maar ik ben er nog niet. Met de huidige AOW-afspraken en de desastreuze die nog zullen volgen zit ik nog zeker eenzelfde tijd in het onderwijs vast. Hopelijk in goede gezondheid neem ik op mijn 75ste afscheid. Mijn speech voor de collega’s zal gaan over de betrekkelijkheid van onderwijsactualiteit. De openingszin zal luiden: ‘Met de kennis van nu had ik het toen anders gedaan.’

Zo op het einde van het eerste decennium van de 21ste eeuw was het daar opeens, het begrippenapparaat van het opbrengstgericht werken. Natuurlijk, de echte insiders bedienden zich al jaren van termen als leeropbrengsten, professionele dialoog en evaluatieve cyclus. De kwaliteitsagenda primair onderwijs getiteld “Scholen voor morgen” van oud-staatssecretaris Dijksma bracht de ontwikkelingen pas echt op gang. Ik weet nog goed wie het jargon in mijn kring introduceerde en waar hij dat deed. Het was de immer bevlogen collega J die er met mij over sprak aan de bar van een leuk hotelletje op Kaageiland.

‘Peter,’ zei hij, ‘wij staan hier aan het begin van een nieuw onderwijstijdperk.’ Ik staarde stoïcijns in mijn verschraalde bier. ‘Serieus,’ hield J aan, ‘het gaat nu écht gebeuren. Het heeft alles te maken met de zorgplicht die basisscholen hebben in 2012. We moeten veel meer gaan denken vanuit onderwijsbehoeften en pedagogisch optimisme. Onderwijs is zorg, onderwijs is pas goed onderwijs als het passend is. En natuurlijk evidence-based.’

Vertwijfeld nam ik een slok. ‘Hebben we dat niet al ‘ns eerder gehoord, J? Is het geen oude wijn in nieuwe zakken?’ Heftig schudde J het hoofd. ‘Het is gebaseerd op de laatste wetenschappelijke inzichten! Waarom toch die scepsis, Peter?’ En ik herhaalde maar weer ‘ns het adagium dat steeds vaker in mijn hoofd zeurde: ‘Met de kennis van nu had ik het toen anders gedaan.’

Op het gezicht van J brak een brede glimlach door. Hij doorzag mijn beetje verzuurde Beter-Onderwijs- Nederland-mentaliteit. ‘Je ziet het in onjuist perspectief. Dit is de kennis van straks. En die gaan we nu al toepassen. Want met die kennis van straks kun je het nu al anders doen.’

Het was voor mij een eye-opener. Onder het genot van nog enkele glaasjes bier boomden we door over vakinhoudelijke werkprocessen, klassenmanagement, instructiemodellen en strategische en operationele effecten. Zelden zo’n opbrengstgericht gesprek gehad.


Deze column verscheen in Advies &Educatie van maart 2010

1 opmerking:

Barend van Maanen zei

Dag Peter,

Wat een mooi stukje over idealisme en relativering.

Groeten van Barend.