donderdag 25 augustus 2016

Door Auckland

Als conferentieganger krijg je maar mondjesmaat mee in wat voor stad je bivakkeert. Toen ik na aankomst met het vliegtuig per shuttle Auckland werd ingereden dacht ik niet direct: wow, Auckland, THE place to be. En toen ik me eventjes in de stad moest verpozen tot ik mijn hotelkamer in mocht, liep ik door dertien in een dozijn straten zonder ziel, zonder sfeer. Toegegeven, tot een echt objectieve beoordeling was ik niet meer in staat na een etmaal vliegen. Het was aardig weer, dat wel.
Tijdens de conferentiedagen kwam ik niet veel verder dan een wandeling van vijf minuten van het Auckland City Hotel aan de Hobson Street naar het Aoteo Centrum waar IBBY werd gehouden. Na de goedgevulde en dus behoorlijk vermoeiende dagen, waarin ook een jetlag nog parten speelde, ontbrak de puf de stad te verkennen voor een leuk eettentje. De aardigste die ik kon vinden stond naast het congrescentrum. Nog steeds zag ik niet meer van de stad dan dezelfde vierkante kilometer die ik al kende. Met op elke straathoek een Chinees kruideniertje met brood van de dag ervoor en óf groene óf bruine bananen. Ik passeerde elke keer de Auckland City Mission, de daklozenopvang, waar op straat een tiental zwerverstypen koffie dronk en sigaretten rookte. Niet dat ik mijn ogen wil sluiten voor de problemen van een stad, maar opwekkende beelden waren het niet en ze droegen niet bij aan een positiever beeld.
Tot het zondag werd en ik de mogelijkheid kreeg Auckland echt te ontdekken. Op internet had ik een wandeling gevonden die startte in het havengebied en vervolgens leidde langs diverse greenspots. Daar besefte ik pas voor het eerst welke bijzondere en weelderige vegetatie er in Nieuw Zeeland groeit. En hoorde ik welke aparte vogelgeluiden er opklinken. Dat zijn beeldbepalende kenmerken die Nieuw Zeeland onvergelijkbaar maken met Europa. Ik belandde uiteindelijk in een prachtig natuurgebied rondom een uitgedoofde vulkaan op nauwelijks een derde van de hele tocht, maar met toch al ruim vier uur lopen in de benen. En ik moest nog terug. Over uitgestrektheid gesproken. Ik was blij dat ik mijn idee over Auckland had kunnen bijstellen. Ook al moest ik het laatste stukje naar het hotel toch weer door die saaie straten.

Geen opmerkingen: