Doorgaan naar hoofdcontent

Posts

Posts uit 2012 tonen

Arriva, arriva!

Stel: het restaurant waar je vaker at, heeft een nieuwe eigenaar. Dat had voor jou niet gehoeven, maar vooruit. De menukaart is oké, dus je besluit de proef op de som te nemen. Ter plekke plaats je de bestelling en krijgt na heel lang wachten een bord dat er teleurstellend uitziet. Een grauwe brij staart je aan. Er komt damp af, maar warm is anders. Is dit echt de boeuf straganoff die je besteld hebt? Gelukkig, de ober is beleefd, aan hem zal het niet liggen, maar voor de rest was je liever thuisgebleven. Na de gepeperde rekening tref je bij de uitgang de gestreste uitbater. Je spreekt je gram uit. Hij heft zijn armen ten hemel: maar meneer, wat wilt u, dit is pas de eerste dag dat we open zijn. Geef ons veertien dagen en de boeuf zal smaken en ogen als boeuf. Iets dergelijks liet de woordvoerder van busmaatschappij Arriva ons afgelopen maandag weten, de stresstestdag voor de nieuwe dienstregeling. Geef ons veertien dagen en alles klopt. Want veel klopte er niet op de dag dat Arriva ...

Spamfilter (het verhaal dat slechts nominatie bleef)

In een eerste opwelling wil ik de Luxaflex dichttrekken, maar ik besef dat ik me daarmee zeker zal verraden. Want dat is de vraag: heeft zij mij al zien zitten? Zo nee, dan mag ik me niet meer verroeren tot zij klaar is. Zo ja, dan maakt het sowieso niet uit wat ik doe. Dan kan ik hoogstens suggereren dat wat op mijn monitor te zien is veel interessanter schijnt, dan al wat zich daarbuiten afspeelt. Om precies te zijn in de tuin van de buren. Nauwkeuriger: onder de buitendouche. In casu: mijn hoogblonde buurvrouw Adora. Maar eerlijk gezegd, het pleit is al beslecht. Het starre beeldscherm dat een platte tekst vertoont zonder plaatjes maakt geen schijn van kans. Ik lees: de man dacht koortsachtig na. Het staat er niet, maar het is zeker van toepassing, hoewel de warmte die zich van mij meester maakt geen verhoging is. Ik keer mijn hoofd iets opzij, onmerkbaar, en draai mijn ogen zover mogelijk naar links. Het voelt verre van comfortabel, maar ze verschijnt in beeld. De bevestiging van...

Huid

Willem en Berend Avezaath hadden iets met huid. Zoals de gebroeders Anker iets met advocatuur hadden en Willy en René van der Kerkhof met brillen. Met dat verschil dat Willem huid totaal anders benaderde dan Berend. Waar voor dokter Berend Avezaath de genezing van zieke huid centraal stond, ging het bij Willem Avezaath om het versieren van 's lichaams grootste orgaan. Zijn stiel was bodypainter/tattoozetter, dat van zijn broer dermatoloog. Met Willem kreeg ik al te maken in zijn beginjaren. Ik zou naar een gekostumeerd bal en Willem kon bodypainten. Zei hij. Hij had twee smaken: de Hulk of de smurf, toentertijd populaire tv-helden. Dat had voornamelijk te maken met de kleuren die hij in huis had. Groen en blauw. Waarvan dat groen eigenlijk naar bruin neigde. Ik koos dus voor smurf. Ik had zelf een bijpassend wit mutsje. Overigens wilde Willem zich snel doorontwikkelen als bodypainter, op lange termijn om beroemd en rijk te worden, op korte termijn om vrouwenborsten te beschilderen...

Blikken

'Meneer,' zei de man die zojuist energiek de overvolle metro was ingestapt, 'zou ik op uw plek mogen zitten?' De vraag verwarde mij. Ik keek hem niet begrijpend aan. Of onnozel, ik ben sterk in onnozele blikken. 'U zit op een zitplaats voor een invalide,' legde hij uit. Hij maakte gebaren zoals leraren wel doen als iets gecompliceerds aan de orde is. Wiskundeleraren. Natuurkundeleraren. De man wees op het raam. Daar las ik "zitplaats voor een invalide". Een lolbroek had met stift streepjes op de e's van "een" gezet. Wat de man zei, klopte, ik zat op de plek van één lichamelijk beperkte. Maar wat in 's hemelsnaam was de handicap van die kerel die erbij stond als Hollands welvaren? Hij zag mijn twijfel. Meer passagiers zagen die. Er waren erbij die op het punt stonden zich ermee te bemoeien. Ik zag het aan hun geërgerde blikken. Ze hielden zich in, maar hoelang nog? Ik flapte het eruit voor ik het wist. Ik voelde het bloed naar mijn w...

Nieuwe ronde nieuwe kansen

Genomineerd voor de Literatuurprijs Zeist: Spamfilter. 203 inzendingen, 20 genomineerden. Spannend! Uitslag a.s. vrijdag in Zeist.

Nuiken

Vierde plek (ex aequo) in Limnisa-schrijfwedstrijd voor 'Nuiken'. Komt ie: Lang geleden toen ik nog kleuter was, wist ik het zeker: ik zou trouwen met mamma, mijn zus Barbara en de juf. Dat polygamie verboden was, wist ik niet. Er is zoveel dat een vijfjarige niet weet. Barbara, twee jaar ouder, had meer realiteitszin. ‘Mam, dat kan toch niet? Je kunt toch maar met één vrouw trouwen?’ Mijn moeder zat in gedachten verzonken aan tafel. Ze poetste het zilver en had wel vaker stemmingen waarbij ze volledig in zichzelf gekeerd was. Omdat haar antwoord uitbleef, riep ikzelf, overtuigd van mijn gelijk: ‘Dat kan wel. Dat kan makkelijk. Een trouwkoets heeft twee bankjes, daar passen vier mensen op.’ Ik kwam met argumenten die steek hielden. Had ik laatst niet bij de kerk een prachtige bruid en bruidegom uit een romantisch rijtuigje zien stappen? Nieuwsgierig had ik een blik naar binnen geworpen en de zee van ruimte geconstateerd. Daar kon je wel met z’n tienen in! Maar zo eenvoudig...

Cijfertjes

Ik ben een man van letters niet van cijfers. Leg mij niet hoe uit de hypotheek tot stand komt, reken mij niet voor wat ik tot nu toe aan pensioen heb opgebouwd, allemaal verspilde moeite. 1. Het boeit me niet; 2. Ik snap het niet. Een en ander zal verband houden met elkaar. Kijk, letters leveren een verhaal op, verhalen zijn de essentie van het leven. Ieder mens heeft verhalen, sommigen schrijven ze ook nog op. Leuk. Maar cijfers zijn kil. We gaan 16 miljard bezuinigen. Fijn. Dit brood kost 2,40. Worden we warm van. U heeft de jackpot van 1 miljoen gewonnen. Weten we dan ook weer. Van Katwijk naar het Lago Maggiore 1059 kilometer. Flink stuk, zeg. Te zakelijk, te berekenend. Rekenen en wiskunde zijn echt overschatte vakken. Tijdverspilling. Doe liever iets met taal. Sterker nog, wat zou rekenen zonder taal zijn? Niets, helemaal niets. Net nog iets met een getal moeten doen. Om precies te zijn het getal 15. Ik moest 15 dozen laminaat naar de zolder tillen. Dankjewel 15! In dit geval ha...

Mopperkont

Ze noemen mij mopperkont. Dat ben ik ook -soms- maar wat wil je? Ze kunnen verdorie mijn achternaam niets eens spellen. Of erger nog, ze verbasteren 'm met die ergerlijke voorde-variant. Onzorgvuldig! Kijk uit je doppen, zou ik zeggen. Hoe moeilijk kan het zijn! En dan nog iets: waarom heeft deze intercity nu weer géén wifi! Dan weer wel, dan weer niet, geen peil op te trekken. NS, maak je keuze. Voor wél natuurlijk! En laat die zijden sok van een conducteur zijn waffel dicht houden met z'n 'we arriveren acht minuten te laat op station Haarlem vanwege een rood sein'. Rijden met die handel. Op groen die seinen. Zorg nou 's dat je op tijd bent. Daar word je voor betaald. Enig idee hoe duur zo'n jaarabonnement is? Dan wens ik als betrouwbaar consument wel waar voor m'n geld. En wifi, en op tijd, en niet zo zeiken door die intercom. En waarom heeft een iPad niet eens een fatsoenlijk tekstverwerkingsprogramma met een flinke delete-knop? Steeds dat gebemoei met sp...

Secondeman

Als hij 's ochtends opstaat, begint het al, het leven in de seconde. Wekker, trap, ontbijttafel, broodje, theetje, krant. Met het oog op de klok, in afgemeten momenten, tjak tjak tjak. Zo rustig als het hart in de nacht klopt, ondanks de heftigste dromen, zo snel lopen de slagen op als de nieuwe dag start. Het is geen haast, het is aaneensluitende opeenvolging en opeenvolgende aaneensluiting. Compact het leven leiden, ingedikt voorwaarts, wonen in de seconde. Zo begon het bestaan, verwekt in een mum - zo zal het eindigen, met de laatste snik. Ontbijttijd kort, aankleedtijd inclusief schoenen korter, treuzelloos naar de bus. Van bed naar bus in 37 minuten en 6 seconden. Bus arriveert in 1 minuut. Timing! Mogelijke vertragingen: interessant artikel in ochtendkrant, hete thee, nóg een boterham met hagelslag, passende kleding bij elkaar zoeken, tube tandpasta leeg, snee door te fanatiek scheren, geen pleisters in de buurt, één sok kwijt, veter breekt, sleutel onvindbaar, al onderweg n...

12 oktoberl

Ik moet bekennen: dat valt nog helemaal niet mee zo'n schrijfmarathon. Voordat ik het weet ben ik een week verder. Kan nu wel zonder gesjoemel melden dat het écht 12 oktober is. De verjaardag van mijn broer. 12 oktober is ook de dag dat de herfstvakantie begint. Voor anderen dan. Ik ben ook wel toe aan een paar daagjes vrij. Ik ben gewoon moe. En waar leidt dat toe: prutswerk. Neem nu dit stukje. Waar gaat het in hemelsnaam over! Als dit het gevolg is van een schrijfmarathon, dan kap ik ermee. Ben benieuwd of dit broddelwerk de blog haalt.

5 oktober

Bekentenis: het is vandaag 3 oktober. Ik heb vooruitgewerkt en daarmee vals gespeeld. Alsof ik meedoe aan de marathon en kilometer 32 t/m 37 oversla, omdat ik die thuis al rond de tafel had gerend. Op 3 oktober kun je niet schrijven over 5 oktober. Tenzij je in de toekomst kunt kijken. Dat kan ik (nog) niet. Ik volg momenteel wel de cursus daartoe en het lukt mij na een les of drie toch al een waarheidsgetrouwe voorspelling te doen van drie kwartier vooruit. Vals gespeeld dus. Ik moet gestraft worden. Geen diskwalificatie aub. Wat te denken van een dag geen taart eten. Lekker makkelijk, hoor ik rancuneuze lezers denken. Ehm, zonder schoenen en sokken naar het werk. Ja, goed, doe ik. Schoenen en sokken passen nog net in mijn tas. Het perron voelt lekker koel aan mijn voetzolen.

4 oktober: dierendag

Hij had geen dieren. Goed, er zwom een goudvis in een kom op een kastje, maar dat was eigenlijk niet meer dan een attribuutje in de inrichting. Die je weliswaar eten moest geven en verschonen en die zonder toedoen van batterijen of accu's rondzwom, maar voor de rest net zo onopvallend als de telefoon of de stoelpoot. Hoewel de vergelijking met de telefoon compleet mank ging. Wat een lawaai maakte dat ding als hij ging in de geplavuisde splitlevel van zijn nieuwe huis. De goudvis deed hooguit blub. Als hij het vissenvoer op kwam halen aan de oppervlakte. Blub was eigenlijk hap. Wie weet hoelang de vis nog te leven had? Die vraag stellen was onnozel. Hij vroeg zich toch ook niet af wanneer de telefoon het zou begeven?

3 oktober

Op 3 oktober stond hij weer vroeg op. De bus was voor de helft gevuld. Dat hield ongetwijfeld verband met de viering van Leidens Ontzet. Hij was benieuwd of er die avond hutspot op tafel zou komen. Voor zijn gevoel luidden wortelen en uien de winter in. Zoals raapsteeltjes het voorjaar aankondigden. In de krant had hij onlangs gelezen dat de Zuidlaardermarkt op 15 oktober voor veel Zuidlaarders betekent dat de kachel voor het eerst aan mag. Koukleumers zouden zuchten van verlichting slaken als het eenmaal zover was. In zijn huis kon de kachel niet aan. De energieneutrale woning had een constante temperatuur van om en nabij de 21 graden. Niet aan, maar ook niet uit dus. Hij vroeg zich af of die constantheid een gunstige invloed had op zijn gestel. Hij hoopte het maar. Meer dan hopen kon hij niet doen. Hopen dan maar in plaats van de kachel uit of aan te zetten. Hij stapte uit de bus en liep langs het onbegonnen feest in Leiden. Weldra zou het aanvangen. Kermisherrie en ander feestged...

2 oktober

Het begon al goed, een dag te laat begon hij met de schrijfmarathon, 2 oktober in plaats van de voorgeschreven 1 oktober. Hij nam zichzelf voor dan ook 1 november als einddatum in te stellen en niet 31 oktober, zoals eigenlijk hoorde. 2 oktober begon overigens goed. Nadat hij zich geschoren had - gladder dan ooit - nam hij plaats in het openbaar vervoer: eerst bus 33, vervolgens in de trein naar Amsterdam Centraal van 7:27. Die miste hij de laatste tijd steeds - geen nood, tien minuten later kwam er weer een - maar nu was de trein een minuut of vijf te laat. Daar hoorde je reizigers eigenlijk zelden over: vertragingen die goed uit komen. In bus en trein las hij "De man zonder ziekte" van Arnon Grunberg. Een mooi boek dat hij in Leiden al bijna uit had. En nog voor station Heemstede-Aerdenhout daadwerkelijk uit had. Zijn vrouw zou die avond zeggen: 'Heb je 'm heus al uit? Ik reserveer 'm voor de herfstvakantie.' En zo geschiedde.

Ergens beginnen

In de kantine van de opkrabbelende hogeschool in Haarlem is het goed toeven. Eerst eet ik soep, daarna een broodje krab(?) en tot slot een banaan. Een goede bodem voor het geven van een cursus over taalvernieuwing aan een elftal geïnteresseerde juffen uit Noord-Holland. Van Heerhugowaard tot IJmuiden, van Haarlem tot Zandvoort. Ze komen om taalspecialist te worden, ik help ze op weg. Een dankbare taak. Ik koester de illusie aan de basis te staan van ietsje beter taalonderwijs. Op elf scholen in Noord-Holland. Je moet ergens beginnen. Anders komt er nooit van.

Canadezen

Zit ik dan, in Roden, met koffie en appeltaart, omdat ik het verdiend heb. De Konditorei heet het tentje en de bezoekers zijn zonder uitzondering 70+. Uiterst vriendelijke bediening die mij de punt mét slagroom adviseert. Kan ik weigeren? Nog geen minuut later ben ik bediend met een zangerig 'asteblief'. Ze knikt naar het kartonnen bord in plastic en de tas met de banier van de stichting die ik door half Nederland heb gesleept. Meneer is nogal wat van plan met al die spullen. U moet in de bibliotheek zijn? Een leescampagne voor scholieren? En daarvoor komt u helemaal uit het westen? Ja, mevrouw, wij bij de stichting vergeten ook het platteland niet. Ik wilde vroeger al zendeling worden en kijk nu 's. Weer een doel bereikt, weer iets af te vinken. Tous bejaard Roden luistert geïnteresseerd mee. Meneer komt uut Amsterdam om onze jongeren an 't lez'n te krijgen. Wat een opgaaf! Succes hoor! Tevreden leun ik achterover en geniet van de taart en koffie. Zo moeten de Cana...

Ledigheid

Ik mag graag klussen. Not. Maar het is bij tijd en wijle onvermijdelbaar. Stel je koopt een nieuw huis. I did. Dan dient klussen zich aan als de oprit van een snelweg: je moet doorrijden en snel ook en er is geen weg terug. Waar een wil is, is een weg, maar in dit geval, in mijn geval, is er veel onwil, maar nog steeds geen weg terug. De lampen moeten hangen, zeker nu de donkere tijden naderen, de wc-rolhouders dienen geplaatst, zeker bij regelmatig toiletbezoek, en dat is er. Maar lampen en wc-rolhouders zijn tot daar aan toe. Wat ook moet zijn de heftige klussen: gordijnrails op 3.80 m hoogte, schilderijophangsystemen op 4.00 m hoogte - je wilde splitlevel, dan zal je splitlevel krijgen ook - de trappenhuizen gestructuurverfd, kamers maken op zolder, rekken zetten als tuinafscheiding... En dat alles in de vrije tijd. Die ik graag in ledigheid doorbreng. Want ik ben aartslui. Geef me een bank en ik weet er raad mee: ik ga languit. Ogen stijf dicht. Want doe ik ze open, dan zie ik het ...

Voldoening

Je bent pas verhuisd en zodoende zoekende naar nieuwe snelle routes naar het werk. Google maps is handig, maar brengt niet echt uitkomst over de weerbarstige werkelijkheid van opgebroken fietspaden, verkeerslichten, onhandige rotondes waar snelverkeer voor mag en wegen vol drempels die je de rug kosten. De routes dienen proefondervindelijk gevonden te worden en dat gaat niet altijd van een leien dakje. Zo belandde ik tijdens mijn eerste poging in Oegstgeest in plaats van Leiden en daar kon ik mijn route niet vervolgen vanwege een afgesloten brug. Natuurlijk kwam ik uiteindelijk wel waar ik wezen moest, maar de 40 minuten die me dat kostte, gaf me het gevoel toerist te zijn in eigen streek 's morgens om kwart over zeven op een reguliere werkdag. Er was één voordeel: die tijd kon ik aanzienlijk verbeteren. Inmiddels, na diverse pogingen, rijd ik de vlotste route. Die start in een onnatuurlijke noordoostelijke richting, maar leidt dankzij bochten en rotondes gaandeweg naar het zuido...

Mind the gap

Een man en een vrouw stappen verhit in op station Kingsbridge - Piccadilly Line richting Cockfosters. Met teveel bagage en teveel gewicht van zichzelf. Ik schat ze zeker 65. Hij neemt zijn bril af en droogt het gezicht met de mouw van zijn overhemd. Zij vindt al struikelend een vrije plek en moet daarbij haar hutkoffer op wieltjes loslaten. Tegelijkertijd trekt de metro op. De onbeheerde koffer valt om tegen de andere twee en het domino-effect blijft niet uit. Met de man als laatste dominosteen. Gelukkig is er een paal. Daar slaat hij tegenaan, maar hij gaat wonder boven wonder niet languit. De vrouw roept nu door de trein - alsof iemand het wil weten - dat zij niet zo vaak met de metro gaan. Vandaar de verhitting. Vandaar de clumsiness. Ze blaast haar haar omhoog en wuift zichzelf koelte toe met het metrokaartje. Hij krijgt de koffers onder controle door erop te gaan zitten. In- en uitstappers op Greenpark, Piccadilly Circus en volgende stations struikelen erover en schampen schenen. ...

Macht

Mensen willen macht, heersen over anderen. Ook als zij niet in die positie zijn. Neem de man die het zeil komt leggen. Een stukje vinyl van 4 bij 5, €5 de vierkante meter. Om de vloer van de berging mee te bedekken. Uitrollen, hier en daar wat snijden, klaar. Maar nee hoor. Zeilenlegger wil de klant graag even een dilemmaatje opleggen. Toch even de verhoudingen laten voelen. Hij, de expert, en ik, de leek. Die dacht voor een dubbeltje op de eerste rang te kunnen zitten. Lopen. 'Moet het op deze ondergrond?' 'Meer vloeren heeft deze berging niet, dus ja.' 'Niet zo'n egale vloer, hè.' 'Het is maar een berging.' 'Met die putten en pitten zal het geen lang leven hebben. Dun spulletje, hè?' Hij neemt het zeil demonstratief tussen duim en wijsvinger. 'Gaat u er veel over lopen?' 'Verwacht u een antwoord in meters? Kilometers?' 'Nou ja, ik wil maar zeggen dat het niet aan mij ligt als de boel scheurt.' 'U waarsch...

Mobiele boodschappers

Je ziet het steeds vaker in de supermarkt: jonge kerels - twintigers, dertigers - die door hun partners om boodschappen zijn gestuurd. Eenmaal bij de plaatselijke grootgrutter aanbeland trekken zij vanaf schap 1 de mobiel voor overleg met het thuisfront. 'Ja schatje, met mij. Op het lijstje staat rode paprika, maar is gele ook goed?' Het zijn vragen gesteld uit onzekerheid, maar voor betreffende jongelingen zijn het existentiële aangelegenheden. 'Hallo, nog een keer met mij. Welke vanillevla bedoel je eigenlijk, want er zijn hier wel zes soorten. Die we altijd hebben? Zo'n geel pak? Met 0% vet?' Of: 'Hoi, weer met mij. Ik heb de advocaat gevonden, maar de advocado zie ik nergens.' Of: 'Hoi, nog wat. Er is nu een aanbieding van wc-papier: 32 rollen voor 2 euro. Zal ik die maar doen? Niet? Hoe bedoel je "schuurpapier"?' Ondanks alle vertragende ruggespraak raakt de boodschappenkar toch vol. En zonder aarzeling nemen veel onzekere mannen...

Amsterdamse poortjes

Je kunt Amsterdams een authentiek en zangerig accent vinden, op vrijdagmiddag om 5 uur - moe en de werkweek zat - klinkt het gewoon zeikerig. Zeker als het wordt uitgesproken door zo'n in reflecterend geel gehesen metro-oppasser die denkt dat hij je terecht moet wijzen. Toen ik de metrohal verliet, weigerde het poortje en gloeide het lampje niet groen, maar rood op. Geelhes zag het gebeuren en rook zijn kans op passagiertjepesten. 'Je pas deugt niet,' was zijn voorbarige conclusie in onvervalst hoofdstedelijks. Hij kauwde kauwgom met open mond. Er glom een gouden tand. Ik dacht: je deugt zelf niet, maar bracht dat net op tijd naar buiten als ' Je apparaat deugt niet' met exact dezelfde lijzig Amsterdamse tongval als waarmee hij mij had aangesproken. Zijn kauwen stokte en zijn ogen vernauwden zich tot spleetjes. 'Wat is dat?' vroeg hij dreigend. 'Wat is wat?' deed ik onnozel. 'Dat toontje. Neem me niet in de zeik, vriend.' ...

De dag dat alles anders was

Ik stapte wel vaker met mijn goede been uit bed, maar zelden was dat het begin van een dag waarop alles anders was. Het liep al ongewoon in de bus waar ik tegenover een fors uitgevallen dame plaatsnam. Onze knieën raakten elkaar, op zich niets om verontrust over te zijn. Maar toen ze haar bonkige hoofd naar rechts draaide viel mijn oog op de blauwige gloed van haar huid. Hoe gladgeschoren ook, die huid verborg baardgroei. Stoppels van oor tot kin en ver daar voorbij. Ik vergiste mij niet, ik zat tegenover een kerel. Nu ben ik van mening dat iedereen overal en altijd vooral alles moet doen en laten wat hij of zij wil, maar met deze vrouw c.q. man tegenover mij viel het niet mee de vleesgeworden tolerantie uit te hangen. Mijn van verwarring omlaag gedraaide blik hielp daar niet bij. Ik werd nu geconfronteerd met een paar typische mannenstaken, zwaar behaard, die halverwege de dijbenen verdwenen onder een flodderig zomerrokje. Normaal gesproken houd ik me niet bezig met de vraag over het ...

De strijd van Donna

Het onophoudelijk zoeven van de wieken van de windmolens wende nooit. Het waren er vijftien, samen goed voor 45 megawatt, ruim voldoende capaciteit voor 30.000 huishoudens. Donna zette de tv aan, een oude bak, een stroomslurper die ondanks het centraal antennesysteem en het jaargetijde vooral veel sneeuw gaf. De coaxkabel had zijn beste tijd gehad, evenals het behang, de vloerbedekking en de hond. Hector was schurftig en winderig, te oud voor de teefjes, te sloom voor de konijnenjacht. Hij kostte alleen maar geld: belasting, brokken en de dierenarts. Die had al tweemaal aangeboden het beest een spuitje te geven, maar dat was wel al te gemakkelijk. Het leven mocht best hier en daar schuren en weerstand bieden. Des te fraaier het positieve dat ertegenover stond. Vond Donna althans. Sancho, haar Spaanse man, dacht daar anders over, maar dat was zijn goed recht. 'We leven in een vrij land,' zei Donna altijd. Dat leek in tegenspraak met haar verbeten strijd tegen de windmolens die d...

Keuzes

'Zo, u bent weer helemaal het heertje,' zei de verkoopster in het roze mantelpak, terwijl ze de kassabon naar me toeschoof. Ze keek triomfantelijk, een tikje arrogant zelfs, alsof ik haar adviezen ter harte had genomen. Maar ik had gewoon genomen wat ik zelf wilde. Als onderdeel van mijn nieuwe levensmotto "houd het leven in de greep, voor het leven jou in de houdgreep neemt". Ik was de kledingwinkel vol zelfvertrouwen binnengelopen met het vooropgezette plan pas weer naar buiten te gaan in een compleet nieuwe klof. In een linnen zomerkostuum, roomwit met bijpassende sokken en eronder een nieuwe onderbroek. Misschien een frivool rieten hoedje. Ik liep de roze kamerolifant direct tegen het lijf toen ik de deur achter me sloot. Ze gaf me nauwelijks tijd voor oriëntatie op de rekken, maar blokkeerde mijn weg en blikveld. 'Kan ik u van dienst zijn?' Ze lachte haar gebit bloot tot op het ingevallen tandvlees en wierp een lange blonde vlecht van voor naar achter ov...

Gesprek met de minister-president

Tsjilptsjilp – tsjilptsjilp – tsjilptsjilp. ‘Met Rutte.’ ‘Goedenavond, Reinier Rotteveel, Nuon. Spreek ik met dhr. Rutte?’ ‘Spreekt u mee.’ ‘Goedenavond, meneer Rutte. De Nuon is uw energieleverancier, is het niet?’ ‘Was.’ ‘U zegt was. Wil dat zeggen dat u een andere energieleverancier bent toegedaan?’ ‘Zeker.’ ‘Mag ik u vragen welke energieleverancier dat is?’ ‘Dat mag. Ik maak daar geen geheim van.’ ‘….’ ‘Vraagt u maar, hoor.’ ‘O zo. Welke energieleverancier is dat?’ ‘Dat betreft de Nederlandse Energie Maatschappij.’ ‘Mag ik u vragen waarom u Nuon achter u gelaten heeft en in zee bent gegaan met de Nederlandse Energie Maatschappij?’ ‘Ja hoor, toegestaan.’ ‘Meneer Rutte, waarom bent u overgestapt van Nuon naar de Nederlandse Energie Maatschappij?’ ‘De Nederlandse Energie Maatschappij geeft nieuwe klanten een gratis biertap.’ ‘Een biertap, meneer Rutte? Het moet niet gekker worden.’ ‘Dat dacht ik ook. En dat in tijden van cr...

Het volgende station is

Hè hè, eindelijk een conducteur die fatsoenlijk, duidelijk en degelijk omroept welk station we naderen. Gewoonweg 'station Sloterdijk', simpelweg 'Heemstede-Aerdenhout', droogweg 'Leiden, station Leiden'. Zo hoort het, je weet waar je (aan toe ) bent, je moet eruit of niet. In dat laatste geval blijf je gewoon zitten waar je zit. Bespaar me dat breedsprakige geneuzel van 'ons volgende station is Haarlem, daar kunt u overstappen op de trein richting hier en ginder' of melig gezever als 'dames en heren, jongens en meisjes, het volgende station is Luchthaven Schiphol, mocht u willen overstappen, dan wenst de NS u een goede vlucht'. Laat ook dat zorgelijke 'denkt u bij het verlaten van deze trein aan uw eigendommen' of 'reist u met een OV-kaart, vergeet dan niet uit te checken' achterwege. En áls je dan wat omroept, laat het dan verstaanbaar zijn. Spreek zonder te schreeuwen, maar met kracht in de microfoon. Niet dat gemummel van ...

Eervol

Door A.L. Snijders persoonlijk op m'n bloesje geprikt, de eervolle vermelding voor het stuk hieronder, een gerycled verhaal dat in een oude versie ook al op dit weblog staat. Komt ie: Meer niet Het was vrijdagmorgen en wij zaten aan tafel. Het was nog geen voorjaar. Dat wil zeggen: er vlogen geen vogels rond op zoek naar takjes, de temperatuur was redelijk, de zon veroorzaakte lange schaduwen op het parket. Uit onze theekopjes sloeg damp, Syd Barrett klonk, meer niet. Dat moet je geloven. Wij spraken niet, wij nipten niet aan de kokendhete thee, wij ademden nauwelijks. We lachten niet en keken niet somber of verdrietig, we dachten nergens over na. We kwijlden niet. We proefden elkaars lippen niet, keken niet verwonderd, slepen geen punten aan potloden en, belangrijk, geeuwden niet. Er was rust, want wij bewogen niet, fluisterden niet. FLUISTERDEN zelfs niet. Bewogen niet? Goed, heel even, later, toen de thee minder heet was geworden schoof zij haar hand over haar borst...

Rauwe kant

'We fucked the sun up and we fucked the sun down,' zingt Nick Cave op The Boatman's Call. De daglichtvariant van 'Let's spend the night together'. Ervan uitgaande dat Mick- rubberlips - Jagger het in dat laatste lied niet heeft over de nachtploeg van Hoogovens. Nick Cave kan natuurlijk niet anders. Als actief artiest werkt hij bij nacht en ontij en neemt het nodige tot zich om het ruige leven in de marge aan te kunnen. Dan rest slechts de dag voor de lichamelijke liefde. Ik stel me zo voor op obscure hotelkamers, in doorgezakte bedden met meer dan willige, een beetje verlopen, onbekende vrouwen. Nick kennende. Gordijnen dicht om de koperen ploert enigszins te dimmen. Penetrante transpiratiegeur. Klamme, kreukelige lakens. Lege drankflessen op de vloer, een halfvol longdrinkglas op het wankele nachtkastje, een uitpuilende asbak ernaast. Kortom een tafereeltje waarin bijvoeglijke naamwoorden domineren. Mooi, die rauwe kant van het leven. Voor de Nick Caves van de...

A.L. Snijders citeert P.G. van Duijvenboden

Afgelopen zondag 29 april vond in Utrecht de prijsuitreiking plaats van de schrijfwedstrijd Kafka! tijdens City2Cities, Internationale Literatuurdagen . Daaraan had ik meegedaan met een zeker 25 jaar oud verhaal dat ik uit de krochten van mijn computer had opgevist en beetje had gepimpt. Tot mijn stomme verbazing - dit heet valse bescheidenheid - kreeg ik bericht dat ik genomineerd was. Uit de 371 inzendingen was ik een van de 30 die in het festivalbundeltje zou worden opgenomen. Hoera! En ik mocht gratis naar het festival. In de middag zou de winnaar bekendgemaakt worden. Uit de groep van 30 had de jury een selectie gemaakt van vijf kanshebbers. Die bofkonten mochten onder het toeziend oog en luisterend oor van Constantijn Huygens-prijswinnaar en juryvoorzitter A.L. Snijders (uitvinder van het ZKV, oftewel Zeer Korte Verhaal) hun verhaal aan het aanwezige publiek voorlezen. Ook daar zat ik bij. Snijders liet weten dat mijn verhaal Meer niet een zin bevatte die hij graag zelf geschrev...

Het leven is vurrukkulluk

Ik ging laatst met de trein naar Vijftighuizen. Ik was er nog nooit geweest, maar het deed mij denken aan desolate stations als Almere-Buiten en Anna-Paulowna. Op 9292OV had ik al gezien dat het een flink tripje was. Om de tijd te doden nam ik een boek mee dat tot nu toe ongelezen was gebleven en precies in mijn jaszak paste: Het leven is vurrukkulluk van Remco Campert. Zonder kopzorgen over eventuele aansluitingen die ik zou kunnen missen nam ik plaats in de stiltecoupé van de comfortabele intercity. Niets zo erg als het geouwehoer van anderen als je je wilt verdiepen in een goed boek. Vijftighuizen, ik ging er voor het eerst in mijn leven naartoe en ik had geen idee van de route. Die bleek toch wel heel bijzonder. Keek je rechts uit het raam, dan had je zicht op de heuvels van Groen en Jong en naast het spoor meanderde de bruisende rivier van Jeugd. Links van de trein strekten zich de dichte Wouden van Onderwijs uit die uiteindelijk overgingen in de vlakte van Lees en Boek. Vla...

Mes, jam, haar

De haar aan mijn mes is zwart en zeker 40 centimeter lang. Ik kijk de tafel rond, maar zie alleen blond. Wat raadselachtig deze dikke haar, met aardbeienjam aan het bestek gekleefd, gekruld en in goede staat. Kwam er een krultang aan te pas, is ze gehard in lak? Ik zou haar graag mee willen nemen in mijn broodbeleg, uit willen smeren van korst tot korst, haar willen kauwen, met mijn tong tussen gebit en vermalen brood uit willen plukken, aan het ongespleten puntje naar buiten willen trekken tussen mijn gesloten lippen door. Om het daarna weer als een dropveter in mijn opengesperde mond naar binnen te laten vallen. 'Van wie is die haar?' vraagt mijn eega argwanend. Alsof alles in het leven eenvoudig verklaarbaar is. Met mijn schokschouderen neemt ze geen genoegen. Ik zie haar strenge blik. Onzeker wikkel ik de haar strak om mijn wijsvinger. Straks zal ik er zo ingesnoerd iemand mee aanwijzen. 'Is het er soms een van die slet hiernaast?' Wat kan ik doen? Bekennen? O...

Magisch realisme

Gesprekken voeren met Mathilde is per definitie vermoeiend. Het gaat altijd ergens over en zij bepaalt de onderwerpen. Ik doe mijn best aan te haken, maar voel me een lichtgewicht aanhangwagentje dat onvast slingerend een SUV met teveel paardenkracht moet volgen. Het gesprek vandaag in de trein gaat over magisch realisme. 'Hubert Lampo,' roep ik vanuit de aanhanger alsof het een quizvraag betreft. Fout. Mathilde schudt haar hoofd. Haar paardenstaart doet mee. 'Joachim Stiller?' probeer ik weer. Ditmaal negeert ze gewoon wat ik zeg. Vervolgens laat zij haar erudiete licht schijnen over het onderwerp. Nu belicht ze de schilder Giorgio de Chiricio en zijn ' Pittura Metafisica', dan weer Pyke Koch en zijn fabeldieren. Haar ogen blijven strak op mij gericht, wegkijken is geen optie. Koortsachtig wacht ik het moment af in te kunnen springen, maar waarmee kan ik in godsnaam te berde komen? Voor de vorm gooi ik er een paar ja's en nee's in, het is een gesprek te...

Eersteklas hufter

'U zit tweedeklas,' bast de conducteur tegen de man die stoïcijns voor zich uit blijft kijken. 'Daarmee bezet u een plek in een trein die haar tweedeklas capaciteit drie stations geleden al overschreed. Vindt u dat niet een beetje asociaal?' De NS'er kijkt triomfantelijk de coupé rond. Hij heeft de sympathie van het reizend klootjesvolk, zeker van hen die moeten staan. 'U blijft dus willens en wetens een plek bezet houden in een tweedeklas compartiment met een eersteklaskaartje en weigert plaats te nemen in het gedeelte waarvoor u dat kaartje heeft gekocht. Heeft u daar één goede reden voor? Kunt u ons met argumenten overtuigen van het feit dat u híér zit en niet in het luxere gedeelte van deze intercity? U kunt wel zo dommig voor u uit blijven staren, maar u begrijpt toch wel dat uw populariteit met de seconde slinkt? Mensen kunnen uw bloed wel drinken. Laat me u daarom dit adviseren: maak uw kaartje te gelde enkele meters verderop, voorbij het glazen deurtje w...

Boekenbal

Ik zeg: 's ochtends een vent, 's ochtends een vent.

Knijpportemonnee

Ik bezoek de röntgenpoli voor mijn geblesseerde linkerpols. In koppels worden de patiënten uit de wachtkamer opgehaald. Ik vorm een duo met de strompelende jongen die kampt met zijn knie. Routineklussen zijn we, lopendebandwerk voor de poliboys. Knietje hier, polsje daar. Broek omlaag, mouw omhoog, even focussen op het pijnpunt, even lachen, klaar. Morgen de uitslag via uw huisarts. De knie mag eerst. In het kleedkamertje waar ik alleen mijn jas hoef uit te doen, dood ik mijn tijd met het lezen van de folder 'Röntgenstraling en vruchtbaarheid'. Vrouwen die zwanger zijn of denken dit te zijn moeten dit melden. De informatie is opgeleukt met een slechte tekening van een baby in de baarmoeder die zegt "vergeet niet te zeggen dat ik er ook ben!". De navelstreng lijkt een staalkabel. Ter voorkoming van onvruchtbaarheid bij mannen krijgen die een loodbescherming om de zaadballen. Dit betreft 'een zogenaamde knijpportemonnee die vruchtbaarheid en nageslacht tot 98% waa...

De conciërge

In zijn stofjas, met zijn glimmende achterovergekamde zwarte haar bivakkeerde de conciërge in zijn hok. Hij kwam er zelden uit. Voor het rondbrengen van de koffie en thee, voor het legen van de prullenbakken, voor het wegzetten van de metalen rolcontainer. Dat kostte het mannetje onnoemlijk veel kracht. Met kromme rug, diagonaal gestrekte benen, de handpalmen en gespreide vingers op de zijkant duwde hij de volle bak centimeter voor centimeter vanuit het fietsenhok over het schoolplein met de kastanjeboom door het hek naar de stoeprand. Als ik hem zo vanuit mijn bovenlokaal zag ploeteren kreeg ik de neiging tegen de kinderen te zeggen dat ze hun afval maar mee naar huis moesten nemen. Meneer Bey kon wel eens bezwijken onder het gewicht van ons vuil. Wilden we dat op ons geweten hebben? Ik bewonderde die man. Hij deed zijn best, maar hij kon niet zoveel. Hoewel, hij was schaakkampioen van de stad Leiden geweest. En hij zong. En hij was de broer van Mary Servaes-Bey die zong zonder naam.

Fijn samen rekenen

Op het rooster stond rekenen. Uit het boek 'Naar zelfstandig rekenen'. Inderdaad hadden de methodemakers er alles aan gedaan rekenen zo náár mogelijk te maken. Kraak noch smaak-rekenen. Volgens Van D een uitstekende methode waarmee leerlingen heel goed leerden cijferen. Inzicht ho maar, dat woord kwam al helemaal niet in Van D's vocabulaire voor. Zijn didactisch en pedagogisch repertoire moest zorgwekkend klein zijn. Zo'n saaie les over eenheden, tientallen en honderdtallen was natuurlijk wel een uitdaging voor de creatieve meester. Ik liet stencils uitdelen met honderdvelden, stroken en blokjes. En scharen. 'Hè?' riepen de kinderen verrast, 'gaan we knutselen?' 'Ja hoor,' zei ik, 'rekenen en knutselen kunnen best samengaan.' Het 'joepie' was niet van de lucht. Totdat achter mij de deur van het lokaal werd geopend. Wie er binnenkwam kon ik niet zien, maar de kinderen trokken wit weg en legden ijlings hun schaar neer. Enkelen sloe...