maandag 13 april 2015

Sigaretten halen 322


Die avond belandden Tanja Tangarine en ik in een hotelletje net over de grens in België. Ze noemen het daar de Voerstreek. Het was geen groot hotel en aangezien het hoogseizoen was, bleek het etablissement nogal vol te zijn. Het enige wat de hotelbaas ons nog kon bieden was een kamertje op de zolder. Voor een nachtje moest het maar. We hadden geen zin om verder te zoeken.
Terwijl ik ons stond in te schrijven bij de receptie tikte Tanja mij ongeduldig op de arm. 
'Sool,' fluisterde ze opgewonden, 'weet je waar we aanbeland zijn, weet je wie hier ook geweest zijn?' Ik concentreerde me op het nummer in mijn paspoort. Ik begreep niet zo een twee drie waarom Tanja zo druk stond te doen. 'Wat?' vroeg ik geïrriteerd. Het was ook best een vermoeiende reis geweest met een stuk of wat files en flink hoge temperaturen. Ik mocht dan als gerenomeerd schrijver het een en ander verdienen, over een wagen met airco beschikte ik niet. Ik had er wel één, maar die deelde ik met mijn vrouw. Voor zover ik nog kon spreken van MIJN vrouw, want ik had mijn status als echtgenoot aardig op het spel gezet door voortdurend met Tanja op te trekken. 'Ze is mijn redacteur,' had ik excuustruusachtig door de telefoon gezegd. Het sloeg natuurlijk nergens op. Ik hield niet alleen mijn vrouw, maar ook mijzelf voor de gek. En misschien Tanja erbij. Ik had geen zin over de verdere gevolgen na te denken. Ik zou mijn vrouw een nieuwe vriend aan kunnen raden, maar of ze op een dergelijk advies zat te wachten? En wat mijzelf betrof, hoe lang zou mijn liaison met Tanja nog voortduren. Zouden we Zuid-Frankrijk daadwerkelijk als koppel bereiken? Ach waarom ook niet, we maakten geen ruzie en waren ten slotte al tot voorbij Maastricht gekomen.
'Nou, weet je het al?' Tanja keek me kinderlijk verwachtingsvol aan, mond half open, hoofd een beetje schuin. Zij liet een echtgenoot achter. Volgens haar had hij niet eens door dat zij er niet was, zo druk had hij het met zijn werk.
'Dit hotel? Eh...'
'Doe niet zo stom, man.' Ze duwde me speels tegen mijn borst. 'Weet je dat nou echt niet?'
'Ehm, hotelletje in de Voerstreek, eh, hoe heet het, Zus en Fred?' Tja, dat was natuurlijk zo, ik was het alweer bijna vergeten. Je verzint wel eens iets teveel.
'Ben jij hier dan wel eens vaker geweest?' Tanja keek me verwonderd aan. 'Dat moet dan toch zeker wel. Je kunt toch geen hotelkamer op zolder verzinnen als je niet weet dat er een hotel in de Voerstreek is waar ze een kamer op zolder hebben?' 
Op zolder vonden we ons snikhete zolderkamertje. Ook hier was geen airco, alleen een ouderwets raam met een uitzetijzer. Tanja keek rond alsof Zus en Fred net de ruimte hadden verlaten. Ik wist wel beter. Ze waren er gewoon nog. Ik kon ze bijna aanraken.

Geen opmerkingen: