zondag 19 oktober 2014

Sigaretten halen 147

Het waren uiteindelijk make-up-remover-doekjes geworden waarmee Benny Richards bloedsporen had weggepoetst. Zorgzaam had hij Richard bij de kin gepakt, zijn hoofd van links naar rechts gedraaid en in het licht van het autolampje het resultaat van zijn werk bekeken. Hij knikte tevreden en greep daarna nog iets uit een plastic zak met het logo van de hotelketen.
'En dan nog een petje om de rest te maskeren.' Hij plaatste het hoofddeksel op Richards hoofd. 'En bij binnenkomst niet blijven dralen in de lobby of zo. We gaan direct naar boven. Kamer 313. Trappenhuis is direct links na de ingang.'
Kamer 313 was krap en bood ternauwernood ruimte aan een krappe twijfelaar. Het maakte Richard weinig meer uit. Na binnenkomst kleedde hij zich uit op zijn onderbroek en petje na en kroop onder het dekbed. Zijn kop barstte bijna uit elkaar. De chemische lucht van de schoonmaakdoekjes hadden zijn koppijn geen goed gedaan. Het flodderige kussen zou ook geen soelaas bieden, maar alles was beter dan rechtop in een auto zitten,
Voordat hij in slaap viel, zag hij nog net hoe Benny uit de badkamer stapte in een te krappe onderbroek, knaloranje. 
'Kijk,' hoorde hij Benny zeggen, 'aanbiedinkje uit de hotelshop. Voor jou heb ik een kanariegele. Slaap je al?'


Geen opmerkingen: