Rokend keek
Laura van Duivenvoorde gefascineerd toe hoe de jongen zich op de kaiserbroodjes
stortte. Hij zat aan de ontbijttafel in een ochtendjas die Sjaak had
achtergelaten, driftig kauwend en slikkend, kromgebogen over het bord. Hij leek
haar te zijn vergeten, veegde zijn mond af met de mouw en slobberde melk uit de
beker.
Ze dacht aan
het moment dat ze hem zijn natte kleren had uitgetrokken. Hij had haar laten
begaan als een gedwee jongetje. Maar wat zonder kleren overbleef was geen
jongetje geweest, maar een man. Het had Laura moeite gekost haar ogen van dat
zinnelijke lijf af te houden. Over het aantrekken van de linnen ochtendjas had ze
extra lang gedaan, ze had nog eens vertraagd bij het sluiten van de panden en
het knopen van de strikband.
‘Is het
lekker?’ Ze blies sigarettenrook in zijn richting. ‘Je lijkt wel uitgehongerd.’
Hij keek op alsof
hij haar voor het eerst opmerkte. Toen brak een glimlach door waarbij hij zijn tanden
ontblootte. Witte tanden met restjes aardbeienjam.
‘Lekker, ja.
Uitgehongerd, ja.’ Hij sloeg op zijn buik en pakte een derde bolletje uit het
mandje. Voordat hij het mes in de korst stak, leek hij even te aarzelen en keek
hij schichtig naar Laura. Toen zij hem vriendelijk toelachte, sneed hij het
broodje in tweeën.
Laura stond
op en drukte haar sigaret uit in de asbak. ‘Luister Taco, eet jij maar lekker
door. Ondertussen geef ik de honden te eten en zet ik de jacuzzi aan.
We hebben de tijd.’
Waar dat
laatste op sloeg was voor haarzelf even raadselachtig als het voor Taco was.
Maar terwijl de honden brokken aten, at Taco vlokken, en draaide Laura de
warmwaterkraan open.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten