woensdag 13 mei 2015

Sigaretten halen 352

De iPad was blijven steken in de dakgoot. Vanuit het geopende raam kon ik er net niet bij. Ik gooide Tanja's kleren van de stoel op de grond, schoof 'm onder het venster en ging erop staan. Tanja had ik terwijl ik bezig was geen blik waardig gegund. Ze lag opgerold te snikken en schokken op het bed. Bah, wat een klein kind. Juist nu ik vol voor haar wilde gaan leerde ik haar ware aard kennen. Net op tijd. Of eigenlijk net te laat. Ik had mijn huwelijk al opgedoekt. Voor een ordinaire hysterica zo bleek nu. Dat beloofde nog wat voor de toekomst als ze elke keer zo uit haar slof schoot als ze eventjes haar zin niet kreeg. Godsamme, wat een opgewonden standje. Dat noemde zich mijn redacteur. Die uitgeverij leek meer een uitdragerij. Eerst moest ik zaken doen met een dronkenlap en vervolgens zadelden ze me op met een krijsende kenau.
Ik leunde zo ver ik kon uit het raam. Als ik nog iets verder rekte kon ik het apparaat pakken. Zo te zien was hij nog heel en stond er geen water in de dakgoot. 
Het gebeurde toen ik mijn rechterarm zo lang mogelijk probeerde te maken. De stoel wiebelde licht. Ik voelde hoe twee handen zich om mijn enkels sloten en mij omhoog duwden. Aanzien het zwaartepunt van mijn lichaam inmiddels buiten het raam hing, raakte ik direct uit balans. Voordat ik het wist schoof ik met mijn handen langs de dakpannen richting dakgoot. Ze vonden nergens houvast.

Geen opmerkingen: