dinsdag 3 maart 2015

SH 282

Pas in het schuurtje van François realiseerde Paul zich dat zijn taak serieuzer was dan hij had gedacht. Uit de kast die Anna opende met een sleutel van haar sleutelbos haalde zij een een dubbelloopsjachtgeweer tevoorschijn die ze Paul plompverloren in zijn handen drukte.
'Wat kijk je? Hij is niet eens geladen,' zei Anna. Vervolgens pakte ze een doos uit de kast. 'Munitie. Weet je hoe het werkt? Heb je wel eens geschoten?' Ten overvloede opende ze de doos om de patronen te laten zien. 'Genoeg om dat zooitje ongeregeld op afstand te houden. Ik zou niet te gericht schieten. Er hoeven geen doden te vallen. Afschrikken is voldoende. We hoeven geen politie op ons dak.' Ze bracht het allemaal nogal nuchter vond Paul. Ze bleek een killere tante dan hij had vermoed. Hij had inderdaad ooit eens geschoten, jaren geleden, op uitnodiging van zijn vader die slager was en een jachtvergunning had. Er was een hert voor zijn loop verschenen die hij vervolgens, tot verontwaardiging en spijt van de andere jagers, finaal miste. Ze gingen weer naar buiten. Pauls oog viel op de auto.
'Eén ding nog, eh, Anna.' Hij knikte naar de auto. 'Ik moet me melden bij de ronselaar.'
'O, maak je over hem maar geen zorgen. Die is net als jij bij mij in dienst. Hij staat misschien wat hoger in de hiërarchie, althans dat denkt hij zelf graag, maar hij moet doen wat ik zeg. Ik zal hem een berichtje sturen.' 
Ze liepen door naar het hek. De toegangsweg was stil en verlaten. Anna wees naar een stevige boom vlak achter de muur. 'Kijk,' zei ze, 'daar klim je in. Als je op die tak gaat zitten kun je de hele omgeving overzien.'

Geen opmerkingen: