Na het ontbijt in hotel Le Patiô in Saint-Cyr-sur-Mer reed
Benny zonder afscheid te nemen van Jeanne het
heuvellandschap in. Hij wist ongeveer waar hij moest zijn. Artignosc-sur-Verdon
in elk geval. Een gehucht. Als hij daar navraag zou doen naar een Nederlandse dame
met een kapitale villa dan moest die snel gevonden zijn. En dan kon Theo
Dubbelburg niet ver meer zijn.
Het was tijd voor de
grote afrekening en het afschudden van lastige belanghebbers. Tijd ook voor het
beginnen van een nieuw leven. Even had hij getwijfeld toen hij met Jeanne in gesprek
was afgelopen nacht. Had het zo moeten zijn dat hij haar meenam in zijn nieuwe
leven? Alleen was ook maar alleen. Maar met Jeanne waren er al meteen
complicaties opgedoken die hij niet kon gebruiken. Een man die ze achter moest
laten en een welgesteld bestaan dat was opgebouwd met eerlijk verdiend geld.
Toen hij haar had willen aanraken en zij haar hand resoluut terugtrok, wist hij
waar hij aan toe was. Dank Jeanne, voor zoveel duidelijkheid. Het was ook
eigenlijk best een uitdaging er helemaal alleen voor te gaan. Geen gezeik, alleen
afspraken met zichzelf en een leven in complete anonimiteit. Dankzij het geld
had hij binnen de kortste keren een vrouw. Hij zou de tijd nemen er eentje te
vinden die niet alleen prachtig was om te zien, maar ook zorgzaam was aangelegd
en oprecht van hem hield. Geld kon wonderen doen, hij wist er alles van.
Richard had hij al
afgeschud. Van die kerel was de houdbaarheid allang verstreken. Te dom om voor
de duvel te dansen, die messentrekker. Theo Dubbelburg lag gecompliceerder. Die
had zijn zaakjes op orde, die was slim, nee geslepen en sluw. Het was niet voor
niks dat hij had aangepapt met Anna Zeven. Dichter bij het vuur kon hij niet
komen. Anna Zeven, wat een naam, trouwens.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten