donderdag 5 maart 2015

Sigaretten halen 284

De hereniging van Fred Janssen en Zus Bennekom in het Prinses Irene Hospitaal was van een aandoenlijke schoonheid. Het was jammer dat er geen fotograaf bij aanwezig was die het voor de eeuwigheid vastleggen kon. Voor de betrokkenen zelf en eventueel nageslacht zou het een hoogtepunt in het familiealbum zijn geweest. Feit was dat zowel Fred als Zus al tijdens de innige omhelzing gedachten hadden die in die richting gingen. Een kind, ze wilden een kind, Zus een meisje, Fred een jongen. Deze wederzijdse kinderwens bleef weliswaar op dat moment onuitgesproken, maar de uitdrukking 'wat in het vat zit verzuurt niet' was zonder dat Fred en Zus het wisten van toepassing.
Er vloeiden ook tranen. Tranen van geluk en tranen van spijt. Hoe ze onlangs uit elkaar waren gegaan verdiende in tegenstelling tot de ongemaakte foto geen schoonheidsprijs. Als het aan Zus had gelegen had ze met een kussen Freds leven gesmoord. Gelukkig was Fred een taaie gebleken die niet alleen deze aanslag op zijn leven had overleefd, maar ook nog eens een ongekende vergevingsgezindheid tentoonspreidde.
'Luister, Zus, we moeten trouwen.'
Nu begonnen Zus' tranen te lopen alsof er een kraantje was opengezet. Ze was nog nooit zo gelukkig geweest als op dit moment. Er was ook nog nooit iemand geweest die haar ten huwelijk had gevraagd. Dit moment, dat zich zo plotsklaps aandiende, was het moment waar ze haar leven lang naartoe had geleefd. Maar wacht even, wat had Fred gezegd? We moeten trouwen. Dat was helemaal geen vraag, dat was een mededeling. Ze moest helemaal niks. Ze duwde Fred van zich af en keek hem in zijn onrustige ogen.
'Vraag het, Fred, je moet het vragen. Als je het vraagt, kan ik ja zeggen. Of nee.' Ze lachte ondeugend. Een onbeheerste giechel.
Toen gleed Fred van het bed en viel op de grond op zijn knieën. Zus keek op hem neer, terwijl hij naar haar opkeek.
'Lieve Zus,' zei hij schor, 'zou je mijn vrouw willen worden?'
Zus sloeg haar hand voor haar mond, knikte en huilde. 'Ja, Fred, en of ik dat wil,' bracht ze met moeite uit.' Met haar ziekenhuispyjama droogde ze haar gezicht. 'Maar hoe moet het dan met Martha?'

Geen opmerkingen: